Wapens in Amerika en Nederland
De Nederlandse criminologe Marshall- Haen woont en werkt in Amerika. Ze ziet duidelijke verschillen tussen de Nederlandse en Amerikaanse cultuur. “Vuurwapens passen niet in onze cultuur”, is haar stellige overtuiging.
Ineke Marshall-Haen (53) is sinds 1980 verbonden aan de vakgroep criminologie van de University of Nebraska in haar huidige woonplaats Omaha.
Als een college van haar een beetje saai dreigt te worden, heeft ze twee onderwerpen om de stemming er weer in te krijgen. De doodstraf en het bezit van vuurwapens. “Dan wordt iedereen wakker”, zegt ze. Ze weet ook wel waarom. “Ik vroeg kortgeleden hoeveel van mijn studenten thuis een vuurwapen hadden liggen. Dat bleek 75 procent te zijn.”
Amerikanen houden van wapens. Ongeveer de helft van de huishoudens beschikt over één of meer exemplaren. Voor de jacht, voor de verzameling, om overvallers af te schrikken, om zich te kunnen verdedigen, en gewoon omdat het bezit van een wapen als een geboorterecht wordt gezien. Of het land er dankzij die 200 miljoen vuurwapens veiliger door is geworden is een tweede, zegt Marshall-Haen. Zelf heeft ze er geen. Bij haar ex-man, afkomstig uit een welvarende blanke boerenfamilie uit Ohio, trof ze ooit een geweer aan in de klerenkast. “Ik schrok ervan”, zegt ze. Net zoals van het geladen pistool in het nachtkastje van haar schoonmoeder.
Een veel gebruikt argument om het bezit van een vuurwapen te rechtvaardigen, en dan niet alleen in Amerika, is volgens Marshall-Haen de mogelijkheid om je te kunnen verdedigen bij een inbraak of een overval. Maar in de praktijk blijkt dat argument onhoudbaar. Sterker, zo zegt de criminologe, “het is zelfs grote onzin.” Uit slachtofferonderzoeken blijft volgens haar altijd dat slechts één of twee procent van de mensen tijd genoeg had om een vuurwapen te pakken. “Je zou je pistool constant in je zak moeten hebben en ‘s nachts onder je kussen. Dan nog zijn de meesten te laat.”
Bestaat er een verband tussen vrije wapenwetgeving en criminaliteit? “Dat lijkt voor de hand te liggen, maar het is nauwelijks aan te tonen. Amerika heeft weinig beperkende wapenwetten en veel criminaliteit. Landen als Groot-Brittannië en Nederland hebben strenge wapenwetten en veel minder criminaliteit, dus het lijkt zo klaar als een klontje. Maar er zijn tal van tegenvoorbeelden te vinden, zoals Zwitserland. Daar zijn de wapenwetten tamelijk vrij en bewaren reservisten hun wapens thuis, maar er is weinig criminaliteit. In landen als Mexico en Jamaica, met zeer strenge wapenwetten, zie je wel hele hoge criminaliteitscijfers.”
Maar waar geen wapens zijn, worden ook geen mensen doodgeschoten. “Dat klopt, dat verband tussen de beschikbaarheid van wapens en dodelijke incidenten bestaat wel. Het is schokkend als je naar de Amerikaanse statistieken kijkt. Per jaar komen er 38.000 mensen om door kogels. Tienduizend van hen worden vermoord. Bijna de helft, 18.000, zijn zelfmoorden. Zelfmoord plegen met een vuurwapen dat in de kast ligt is veel gemakkelijker dan pillen slikken of voor de trein springen. Er is geen voorbereidingstijd nodig. Met een vuurwapen gaat het snel, pijnloos, maar vaak ook impulsief. Er zouden minder zelfmoorden worden gepleegd, als er minder vuurwapens in omloop waren.”
“Een ander bijverschijnsel van vuurwapens is het aantal ongelukken. Daardoor vallen net zoveel doden als door moord met een vuurwapen. Wie zichzelf wil beschermen, moet het vuurwapen niet ongeladen op zolder leggen. En dus zijn ze meestal geladen en liggen ze vaak op een plek waar spelende kinderen erbij kunnen. Ook blijken wapens gevaarlijk te zijn voor vrouwen. De meeste vrouwen die om het leven komen bij huiselijk geweld, worden gedood met het wapen dat al in huis aanwezig is.”
Gelooft u in het bestaan van een geweldscultuur? “Ja, Amerika heeft van oudsher een cultuur waarin geweld normaal is en zelfs verheerlijkt wordt, zoals in veel films. Dat komt waarschijnlijk voort uit de frontier-traditie. De blanke kolonisten baanden zich vechtend een weg naar het westen. De Amerikanen waren op zichzelf aangewezen, ze gingen niet uit van bescherming door de staat. Nog steeds niet trouwens. Er heerst een gevoel dat het individu het recht heeft om voor zichzelf op te komen.”
“Veel mensen hebben verder een bepaalde fascinatie voor geweld. Het is spannend en als de ‘bad guy’ wordt neergeschoten, is dat zijn verdiende loon. Er bestaan bovendien in Amerika structurele oorzaken die het geweld aanwakkeren, zoals de grote economische ongelijkheid, de discriminatie, de feitelijke segregatie van de onderklasse in de getto’s. Die factoren spelen nauwelijks in West-Europa, omdat de maatschappij er socialer is. Men zorgt beter voor elkaar.”
Veel jongeren willen tegenwoordig graag een wapen hebben. Waarom? “Voor veel jongeren is het gewoon stoerdoenerij. Ze willen anderen intimideren. In Amerika moet je in sommige binnensteden een wapen hebben om te laten zien dat je niet bang bent. Dat geldt vooral voor de minderheden, de zwarten en de latino’s in de gevaarlijkste getto’s. Sinds kort richt de aandacht van criminologen zich op jongeren die op jeugdige leeftijd klasgenootjes hebben gepest. Van die groep blijkt een aanzienlijk deel later een wapen te bezitten. Daar moet dus al op jonge leeftijd op worden geanticipeerd.”
Vaak komen Amerikaanse trends enkele jaren later naar Europa. Verwacht u dat ook met wapengebruik door jongeren, zoals op scholen? “Amerika is heel anders, helemaal gedomineerd door economische belangen. Amerika heeft een geweldscultuur, Europa niet. Van de andere kant is er ook sprake van globalisering – men kijkt van elkaar af. De schietpartij op de Duitse school bewees dat vorig jaar. Sommige jongeren nemen een voorbeeld aan CNN, aan Hollywoodfilms, aan gewelddadige tv-programma’s. De hele wereld kijkt mee als ergens een schietincident heeft plaatsgehad. Amerika heeft helaas ook op dit gebied een voorbeeldfunctie.”
Is er in Amerika veel veranderd sinds die schietpartijen? “Ondanks de discussies is de gewone burger hier niet anders gaan denken over het recht op wapenbezit. Wapens hebben in de Verenigde Staten niet per definitie met criminaliteit te maken. Je stalt ze uit in de hal of woonkamer. De Amerikaanse scholen zijn wel veranderd. Ook in Omaha hebben ze tegenwoordig metaaldetectoren en politieagenten. Zero tolerance-beleid. Dat gaat heel ver, op het ridicule af. Laatst werd een meisje van zeven jaar oud van school gestuurd, omdat ze een schaartje bij zich had. Maar ondanks al die schietincidenten vallen er de laatste jaren niet meer dodelijke slachtoffers op scholen dan vroeger. Helaas lopen er overal gekken of fanatiekelingen rond, je kunt dit soort uitwassen nooit uitsluiten, ook niet in Nederland.”
Wat vinden Nederlandse jongeren van wapens?
Nederlands onderzoek lijkt de constatering van Marshall- Haen te ondersteunen: ook Nederlandse jongeren hebben steeds vaker een wapen op zak. De ‘rapportage jeugdmonitor 2000’ is het verslag van zon onderzoek onder ‘Nederlandse jongeren naar (vuur)wapens. Van alle jongeren zegt 16% van de mannen en 6% van de vrouwen soms een vuur- of steekwapen bij zich te hebben. 82% geeft aan dit bedreigend te vinden en vreest ook dat men “altijd wel een keer het wapen zal gebruiken”. Anders gezegd: 18% ervaart dit niet als bedreigend, of ervaart dit als ‘normaal’, maar dat zijn hoofdzakelijk mannen en maar weinig vrouwen (28% tegenover 9%).
Waarom dragen deze jongeren, en in sommige gevallen gebruiken, (vuur)wapens? 83% van de respondenten is van mening dat men een vuurwapen bij zich draagt omdat dit ‘stoer’ zou staan. Daarnaast heeft het te maken met ‘verveling’ en met gebruik van alcohol en drugs, zo vindt 83% van de respondenten. Het kijken naar gewelddadige films op TV stimuleert volgens 69% het gebruik van geweld.
Van de respondenten is 37% van mening dat de politie onvoldoende de veiligheid op straat kan waarborgen. Voor 28% van de mannen is dit een reden om een vuurwapen op zak te hebben, tegen 15% van de vrouwen.
Over wapenbezit zeggen ze:
– “Ik krijg kippevel als ik denk aan al die jongens met wapens op zak.”
– “Het komt omdat we dat leren op de televisie.”
Als oplossingen worden aangedragen: betere naschoolse opvang (80%), en betere politiecontrole en strengere straffen (dit vindt 69%). Verder is 62% van mening dat justitie de daders en slachtoffers met elkaar moet confronteren.
In het uitgaansleven voelt 58% van de respondenten zich niet veilig. Dit gevoel van onveiligheid wordt onderstreept door de verklaring van 19% van de respondenten dat zij ooit is bedreigd met een vuurwapen of een mes (d.w.z. 24% van de mannen en 8% van de vrouwen).
Wat tenslotte het bestaan van streetgangs aangaat, dit verschijnsel doet zich steeds vaker voor. Dat jongens zich bij een streetgang aansluiten vindt 21% van de mannen ‘normaal’ (tegen 17% van de vrouwen) en dat leden van streetgangs sneller hun toevlucht tot een wapen nemen is de mening van 66% van de respondenten.
|