Azerbeidzjan:
Oppervlakte:
86.100 km2 (2,5 x Nederland)
Bevolking:
7,8 miljoen inwoners
Nagorno-Karabach
Opervlakte:
4400 km2 (iets groter dan de provincie Noord-Holland) 150.000 inwoners (naar schatting)
Bevolking:
77% christelijke Armeniërs.
23% vooral Azerbeidzjaanse moslims.
Het streven van de Armeniërs in Nagorno-Karabach naar onafhankelijkheid.
Tegen
het eind van de vorige eeuw, als vrijheid van meningsuiting weer wordt
toegestaan in het Oostblok, beginnen de (christelijke) Armeniërs in
Azerbeidzjan in opstand te komen. Naar hun idee worden ze achtergesteld
bij de autochtone (islamitische) bevolking en worden ze beknot in hun
culturele rechten en in hun bewegingsvrijheid. Ze voelen zich ook
bedreigd door de massale terugkeer van Azerbeidzjanen uit omringende
landen, waardoor zij, als grootste bevolkingsgroep, in de verdrukking
komen. Daarnaast bestaat bij hen de angst, door deze toename van de
bevolking, voor snelle uitputting van grondstoffen.
Oprichting van een monument in Shushi ter ere van 1700 jaar christendom in Nagorno-Karabach
Regering en bevolking van buurland Armenië steunen de Nagorno-Karabach Armeniërs volledig in hun streven naar onafhankelijkheid en sturen een petitie naar Michail Gorbatsjov, de toenmaligepresident van Rusland. Gorbatsjov weigert echter resoluut mee te werken aan het onafhankelijkheidsstreven van de Nagorno-Karabach Armeniërs.
Hierop volgt de oprichting van een nationalistisch comité. Deze bestaat uit een aantal intellectuelen, de president van Armenië en belangrijke toekomstige leiders. Zij proberen om de onafhankelijkheid internationaal geaccepteerd te krijgen. De Armeniërs in Nagorno-Karabach wachten de uitslag echter niet af en roepen in 1991 de onafhankelijkheid uit.
Het officiële wapen van Nagorno Karab
Robert Kocharian
President
van Nogorno-Karabach én Armenië sinds 1998. hij is redelijk
vredelievend en heeft een vredesakkoord met Azerbeidzjan gesloten over
Nagorno-Karabach, maar is door zijn achterban teruggefloten.
Regering van Azerbeidzjan
De regering wil Nagorno Karabach niet opgeven, ondanks het militaire verlies in 1994.
President Aliyev sr
President
van Azerbeidzjan van 1993-2003. Hij zoekt vrede met Armenië en Nagorno
Karabach, bereikte ook een vredesakkoord, maar werd door zijn achterban
teruggefloten.
Augustus
2003: de Aliyev-dynastie heeft het presidentschap van Azerbeidzjan
voorlopig veiliggesteld. Het parlement benoemde, Ilhan Aliyev, de zoon
van de doodzieke president Heydar Aliyev tot premier. Volgens de
Azerbeidzjaanse grondwet is de premier tevens plaatsvervangend
president.
Op de foto: Vader en zoon Aliyev
Plaatsvervangend president Aliyev jr.
Zoon van. Er is nog weinig over zijn standpunten bekend, maar hij lijkt het beleid van zijn vader voort te zetten.
Armeense inwoners van Nagorno-Karabach
Ook
voor hen is het een uitgemaakte zaak. Ze willen aansluiting bij het
(christelijke) Armenië en geen onderdeel meer zijn van het
(islamitische) Azerbeidzjan. OVSE Organisatie voor Vrede en
Samenwerking in Europa. De OVSE heeft diverse malen bemiddeld in het
conflict tussen Azerbeidzjan en Armenië/Nagorno Karabach
tate Defense Committee
In
dit instituut is alle politieke en militaire macht in Nagorno Karabach
samengebald. Dit niet-democratisch gekozen comité heeft het voor het
zeggen in de enclave.
1920
Armenië
en Azerbeidzjan worden door Stalin als deelrepublieken van de
Sovjet-Unie ingericht. Stalin negeert de wens van de Armeniërs in
Nagorno-Karabach om hetzij als zelfstandige deelrepubliek, hetzij als
onderdeel van Armenië te worden ingedeeld. De basis voor latere
conflicten is gelegd.
1988
Herdenking van de aanslag in Sumgait
In
februari worden Armeniërs in Sumgait, een industriestad in het noorden
van Azerbeidzjan, vermoord, alleen maar omdat zij tot het Armeense ras
behoren. Deze etnische moorden zijn ongekend in de Sovjetgeschiedenis.
Moskou reageert niet, waardoor het conflict escaleert.
In november volgen anti-Azerbeidzjaanse demonstraties door de Armeniërs. Hierdoor neemt het geweld schrikbarend toe. 185.000 Azerbeidzjanen en 11.000 Koerdische moslims worden uit het gebied verdreven.
1989
In
1989 wordt in Azerbeidzjan een Russisch hoofdkantoor opgezet. Zo hoopt
Rusland meer macht te krijgen over Nagorno-Karabach en daardoor de
vrede te handhaven. Zo wordt Karabach direct geregeerd door Moskou. De
daadwerkelijke macht blijft echter bij het Karabach Comité.
1990
Meer
onlusten en moorden in Baku, de hoofdstad van Nagorno-Karabach, op
Armeniërs. De komst van Russische troepen, bedoelt als vredesleger,
werkt averechts.
200.000 Armeniërs ontvluchten Azerbeidzjan. Door de
overgebleven Armeniërs worden paramilitaire groepen gevormd. Deze
ontwikkelen zich tot een sterk leger tegen de Azerbeidzjanen, waardoor
nog eens 47.000 Azerbeidzjanen het land ontvluchten.
1991
Met
het uiteenvallen van de Sovjet-Unie worden diverse deelrepublieken
onafhankelijk, waaronder Azerbeidzjan en Armenië. De Armeense enclave
Nagorno-Karabach in Azerbeidzjan roept de onafhankelijkheid uit, maar
deze wordt door de internationale gemeenschap niet erkend.
1992
In
1992 wordt het SDC (State Defense Comité) opgezet door
Karabach-Armeniërs met als doel de politieke en militaire macht te
integreren.
De Azerbeidzjanen, gesteund door het Russische leger, hebben inmiddels de macht over een groot deel van Karabach verkregen. Maar in de loop van 1992 veroveren de Karabach-Armeniërs de strategisch belangrijke Lachincorridor. Deze Lachincorridor verbindt Karabach met Armenië.
De voormalige grens tussen Armenië en Azerbeidzjan in de Lachincorridor.
1992
De eerste president Ayaz Mutalibov van Azerbeidzjan moet aftreden na de slachting op Azerbeidzjaanse burgers in Khojaly in 1992.
Slachtoffers van de massamoord in Khojaly in 1992 door Armeniërs
Het
Azerbeidjaanse Populaire Front (APF) komt aan de macht. Zij kunnen
echter geen rust brengen in het land. Hierna volgen verschillende
machthebbers elkaar op, met uiteindelijk Heydar Aliyev, voormalig
Sovjetgeneraal. Hij brengt weer orde en stabiliteit in het land. Wel
wordt de democratie met voeten getreden.
1992 – 1994
Over
en weer wordt gebied veroverd. In de winter van 1993 – 1994 proberen de
Azerbeidzjanen voor het laatst de Armeniërs te verdrijven. Dit eindigt
in een desastreuze veldslag voor de Azerbeidzjanen. Tussen de 500.000
en 600.000 Azerbeidzjanen ontvluchten het gebied.
Azerbeidzjaanse vluchtelingen uit Nagorno-Karabach 1993
In juli 1994 eindigt het conflict voorlopig met een wapenstilstand tussen Armenië, Karabach en Azerbeidzjan.
Tank met de vlag van Nagorno-Karabach
1997
De strijdende partijen verwerpen een vredesvoorstel van Rusland en Amerika.
1999
Een
bijeenkomst onder de auspiciën van de OVSE (Organisatie voor Vrede en
Samenwerking in Europa) in Istanbul over Nagorno-Karabach levert niets
op.
2001
Intensieve onderhandelingen in
Key-West (VS), tussen de presidenten van Armenië en Azerbeidzjan onder
auspiciën van OVSE verlopen nu wel positief. De beide partijen zijn
serieus aan de praat.
Terug in hun eigen land worden de
onderhandelingspunten door hun eigen achterban afgewezen. Hierdoor
wordt een tweede ronde in Genève afgelast.
2004
Momenteel
is het vrij rustig in Nagorno-Karabach. Maar de toestand blijft
instabiel. Diverse internationale organisaties proberen wel het nodige
te doen voor het land.
Bijvoorbeeld het stimuleren van samenwerking
tussen verschillende bevolkingsgroepen; het uit de weg ruimen van
mijnenvelden; de samenwerking tussen Rusland en Amerika bevorderen om
zo een doorbraak te kunnen forceren; investeren in het land door de
Wereldbank om zo een positief signaal naar investeerders af te geven;
het opheffen van de sancties om zo de president Aliyev te steunen in
zijn vredesbeleid.
Tussen 1988 en 1994 zijn er diverse bemiddelingspogingen geweest aangaande Nagorno-Karabach. Onder andere door Rusland, Turkije, Iran, Kazachstan, diverse Westerse landen en diverse internationale organisaties.
In mei 1994 slaagt Rusland erin een wapenstilstand voor elkaar te krijgen. Ondertussen wordt gezocht naar een definitieve oplossing. De OVSE zal voor vredestroepen zorgen, dit gaat echter niet door vanwege allerlei geharrewar over hoe de vechtende partijen gescheiden moeten worden en ook over de vraag welke landen deel moeten nemen aan de vredesmissie. Rusland komt niet in aanmerking door het wantrouwen van de bevolking in Nagorno-Karabach tegen de Russen.
Primakov (Rusland) en Albright (VS) hebben succes met hun onderhandelingen
In de herfst van 1997 wordt het plan geaccepteerd door de onderhandelaars, als basis voor onderhandelingen, maar vervolgens verworpen door de Armeniërs en de Azerbeidzjanen. De president van Armenië, Ter-Petrosyan, probeert het plan toch door te drukken. Dit stuit echter op zoveel weerstand bij de bevolking, dat hij gedwongen wordt af te treden.
In de daarop volgende twee jaar zit er geen vooruitgang meer in de onderhandelingen. De bereidheid die er nog is, verdwijnt helemaal na aanslagen op het Armeense parlement. De bijeenkomst in november 1999 van de OVSE in Istanbul levert weinig op.
Intensieve onderhandelingen in Key-West (VS), tussen de presidenten van Armenië en Azerbeidzjan onder auspiciën van OVSE verlopen in 2001 positief. De beide partijen zijn serieus aan de praat.
Terug in hun eigen land worden de onderhandelingspunten door hun eigen achterban afgewezen. Hierdoor wordt een tweede ronde in Genève afgelast.
Voor de internationale gemeenschap is het ontbreken van een vredesakkoord het belangrijkste. De claim van Azerbeidzjan op Nagorno-Karabach wordt algemeen erkend. Azerbeidzjan wil niet alleen het grondgebied terug, maar zoekt ook een oplossing voor de 50.000 Azerbeidzjaanse vluchtelingen uit Karabach. De bewoners van de enclave maken zich niet druk om de internationale opinie: ‘we bestaan, en dat is het enige waar we ons druk over maken’.
Voorlopig is er nog geen eind van het conflict in zicht.
http:www.minbuza.nl/land-azerbeidzjan:
landendossier Ministerie van Buitenlandse Zaken
http:www.minbuza.nl/land-armenie:
landendossier Ministerie van Buitenlandse Zaken