De mens leeft niet van de lucht alleen. Om te leven maak je volop gebruik van de aarde en haar hulpbronnen. Ga maar na: elke dag eet je minimaal een stevige maaltijd. Je kleren en schoenen zijn ergens ter wereld gemaakt. Wie weet ga je met de fiets naar school of word je met de auto gebracht. Je hebt brandstof en energie nodig. Je gebruikt papier om op te schrijven of inkt om je werkstuk te printen. Ga zo maar door. Daarnaast produceren mensen ook veel afval. Dat moet op de een of andere manier weer verwerkt worden.
Alles wat je gebruikt, wordt op de één of andere manier door de aarde geleverd via de hulpbronnen. En elke aardbewoner gebruikt op die manier een stukje van de aarde. Jij ook. En dat gebruik is jouw mondiale voetafdruk. Hoe meer spullen je koopt, eet of gebruikt, hoe groter het stuk aarde is dat je nodig hebt. En hoe groter je voetafdruk is.
Wat die mondiale voetafdruk precies inhoudt, wordt verder in deze opdracht uitgelegd. Maar de gemiddelde voetafdruk van een Europeaan is veel te groot! Als elke aardbewoner zoveel zou gebruiken als wij, dan hebben we niet één maar 3 aardbollen nodig.