Dier en klimaat - bron: kortsnuitzeepaardje

 
Het kortsnuitzeepaardje is maximaal 15 centimeter lang. Het komt voor in ondiep water voor de kust. Tussen de begroeiing vangt het kleine garnalen en andere kreeftachtigen en de larven daarvan.

Met dit zeepaardje is iets bijzonders aan de hand: het mannetje heeft een broedbuidel, vlak  onder de buik. Het vrouwtje plaatst haar eitjes in de broedbuidel waar ze worden uitgebroeid tot ze  uitkomen.

Tot voor kort kwam je dit diertje maar een enkele keer tegen voor de Nederlandse kust. Het werd zeker niet ieder jaar waargenomen. Omdat hun leefomgeving verandert en strenge winters uitblijven, gaat er nu geen jaar meer voorbij zonder dat het diertje in deze kustwateren wordt gezien.  Vissers in de buurt van de Waddenzee vangen ook steeds vaker kortsnuitzeepaardjes in hun netten. In 2008 zijn sportduikers minsten vijf kortsnuitzeepaardjes in de Oosterschelde tegengekomen. In de zomer van 2006 ontdekten duikers vier tot vijf zeepaardjes in de buurt van de Zeelandbrug bij Zierikzee. De diertjes hadden het daar schijnbaar goed naar hun zin, omdat ze gedurende weken tot maanden op dezelfde plaats bleven zitten.

zeepaardDit alles bewijst dat het kortsnuitzeepaardje de laatste jaren aan een duidelijke opmars naar het noorden is begonnen. Het is een voorbeeld geworden van een dier waarvan het leefgebied naar het noorden aan het opschuiven is. Dat komt door de klimaatverandering waar je in de inleiding over gelezen hebt.  Door die verandering wordt de Noordzee warmer en verschijnen er naast het kortsnuitzeepaardje ook andere nieuwe diersoorten.

 

verwante lessen

Login Form