Composteren is het omzetten door bacteriën en schimmels van groente-, tuin- en fruitafval (of kortweg gft-afval) in compost, een meststof voor planten. Composteren van gft-afval heeft een voordeel boven weggooien, samen met het andere afval, Het gft-afval dat we maken, weegt namelijk ongeveer de helft van al het huisvuil dat we weggooien. Dus als we het gft-afval apart houden en composteren, wordt de totale hoeveelheid vuilnis die we weggooien flink kleiner.
Ook kun je compost gebruiken voor je kamerplanten of je tuin. Zo wordt gft-afval weer 'voedsel' voor iets anders, in dit geval je kamerplanten of je tuin.
Gft-afval composteren kan in een ondiepe kuil. Om het snel te laten composteren, moet er voldoende lucht en vocht bij kunnen. Dat hebben de bacteriën en schimmels, die het doen composteren, nodig. Ook gaat het omzetten sneller wanneer het gft-afval uit kleine stukjes bestaat. Wanneer je het regelmatig mengt en keert, zal al na zo’n vijf maanden het afval in compost zijn omgezet.
Je kunt voor het composteren ook een compostbak gebruiken, zoals je hiernaast ziet.
Aan de bovenkant gooi je het gft-afval in de bak. Daarna sluit je de bak af met een regelbaar deksel. Via een klep beneden kun je de compost er na verloop van tijd uit scheppen. Het voordeel van de compostbak is dat er geen muizen, ratten en ander ongedierte bij het gft-afval kunnen komen. Ook is het afval beter afgeschermd voor kleine kinderen en huisdieren. Ten slotte levert het vrijwel geen stank voor de omgeving op.
Maar niet al het gft-afval is even geschikt om er compost van te maken. Gekookte etensresten trekken vliegen, katten en knaagdieren aan. Om grote stukken snoeihout goed af te breken is veel tijd nodig. Aan aardappel-, citroen- en sinaasappelschillen zitten soms resten van bestrijdingsmiddelen, tenzij ze van biologische teelt (waar geen bestrijdingsmiddelen bij worden gebruikt) afkomstig zijn.