Waar hebben we water voor nodig? Niet alleen in huis en in de tuin, als die er is. Ook om ons te vermaken. Denk daarbij bijvoorbeeld aan zwemmen of aan watersporten. Boeren en tuinders hebben water nodig voor hun akkers, weiden, boomgaarden en/of voor hun veestapel.
Veel bedrijven hebben water nodig om hun producten te maken. Iedereen die buitenshuis werkt, heeft daar ook water nodig. Ook op je werkplek moet je af en toe naar de wc en die moet je natuurlijk doorspoelen.
Veel goederen worden vervoerd over water. Met water kun je energie opwekken in waterkrachtcentrales.
Het water dat je gebruikt moet altijd veilig zijn. Er mogen geen ziektekiemen of giftige stoffen in zitten, en ook geen zout.
Als je een atlas doorbladert of foto’s van de aarde bekijkt die door kunstmanen zijn gemaakt, zou je zeggen: water genoeg, en ook veilig water genoeg. In meren, rivieren, in zee, in gletsjers en poolkappen zit enorm veel water. En dan zie je nog niet eens al het water dat in de grond zit.
Maar ook hier geldt: schijn bedriegt. Het water in zeeën en oceanen is te zout voor mensen, planten en dieren. Als je het toch wil gebruiken, moet je eerst het zout eruit halen.
Water in ijs is altijd zoet, maar dat ijs is vaak moeilijk bereikbaar. Wel komt er water van gletsjers in rivieren terecht. Dan heb je dat water wel beschikbaar. Water in beken, rivieren, poelen en meren is meestal zoet. Toch kun je het niet zonder meer drinken. Waarom niet, dat wordt uitgelegd in ‘Bron: Te vuil water’.
Water uit de grond is ook zoet, maar vaak niet schoon genoeg om te drinken. Daarom maken waterbedrijven in Nederland dat grondwater goed schoon, voordat ze het als kraanwater aan mensen en bedrijven leveren. In sommige andere landen moeten mensen zich behelpen met grondwater dat ze uit putten halen. Soms is dat water goed te gebruiken, maar niet altijd.
Ten slotte is er in sommige gebieden te veel water, in andere te weinig.