Pagina 11 van 12
- De leerlingen hebben gezien welke vijf religies tot de wereldgodsdiensten worden gerekend.
- De leerlingen kennen minstens twee belangrijke feest- of gedenkdagen van een van de wereldgodsdiensten.
- De leerlingen kunnen bij die feest- en gedenkdagen aangeven waarom het religieuze dagen zijn.
- De leerlingen hebben gezien hoe de Verenigde Naties er borg voor staan dat iedereen feest- en gedenkdagen kan vieren die horen bij zijn of haar levensovertuiging.