Mijnen in Nederland - bron: taak van de gemeente

 
Het gemeentebestuur (burgemeester en wethouders) is verantwoordelijk voor het opsporen en ruimen van blindgangers en landmijnen binnen hun gemeentegrenzen. Dat doet het bestuur niet zelf. Eerst zoekt het bestuur een bedrijf dat de kennis in huis heeft om blindgangers en landmijnen op te sporen. Bedrijven die dat speurwerk doen, gebruiken vaak luchtfoto’s van het grondgebied van de gemeente die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn gemaakt. Ook gebruiken ze metaaldetectoren bij het speurwerk en ze raadplegen ook het gemeentearchief om uit te zoeken waar precies gevaarlijke plekken te vinden zijn in het grondgebied van die gemeente. Elke gemeente weet waar in de Tweede Wereldoorlog gevochten is. Soms is dat te vinden op de website van de gemeente. Anders is dat zeker in het papieren gemeentearchief te vinden.

Als het ingehuurde bedrijf inderdaad van die ontplofbare overblijfselen uit de oorlog heeft gevonden, laat het gemeentebestuur de EOD komen om die gevaarlijke spullen onschadelijk te maken.

De EOD komt ook in actie als bewoners van een gemeente iets vinden dat een blindganger of landmijn kan zijn. Soms blijkt het loos alarm te zijn, dan weer is er inderdaad iets explosiefs gevonden.

blindgangers

De kosten van het opsporen en ruimen van blindgangers en landmijnen krijgen de gemeenten vergoed uit het Gemeentefonds. Dat is een fonds dat geld geeft aan gemeenten, als dat nodig om allerlei taken uit te voeren, zoals in dit geval het opruimen van blindgangers en landmijnen. Het fonds krijgt regelmatig geld van het Rijk.

Het bedrijf gaat met de informatie van de gemeente aan de slag. Vaak gebruiken ze ook luchtfoto’s uit de Tweede Wereldoorlog. Als ze dan werkelijk gevaarlijk materiaal vinden, komt de EOD om het oorlogstuig onschadelijk te maken.

In Nijmegen bijvoorbeeld zijn na de Tweede Wereldoorlog veel explosieven uit deze oorlog gevonden. Daarom was rond 2010 de volgende tekst te lezen op de website van deze gemeente:

"Niet gesprongen explosieven in de bodem: Boem is ho! Nijmegen behoort tot de zwaarst getroffen regio's uit de Tweede Wereldoorlog. Bij werkzaamheden in de bodem zijn niet-ontplofte explosieven een belangrijk thema, waarmee we rekening moeten houden.

Hiervoor hebben we de handleiding "Omgaan met niet-ontplofte explosieven uit de WOII bij gemeentelijke projecten" ontwikkeld. De handleiding bevat een kaart waarin de hele gemeente Nijmegen op basis van historisch onderzoek, bebouwingsjaartal en explosievenonderzoek onderverdeeld is in locaties met een hoge, verhoogde, verlaagde en lage kans van aantreffen van niet-ontplofte explosieven."

handleiding

 

verwante lessen

Login Form