Voor deze opdracht krijg je 2 lesuren de tijd.
Hiervan heb je de helft nodig om de bronnen te lezen. Het andere lesuur is bestemd voor het maken van een dossier in papieren of digitale vorm.
Eerst deelt je leerkracht de klas in vier groepen in.
Iedere groep leest eerst de bron ‘Wat doen de VN?’. Deze bron heeft geen nummer. Daarna kiest iedere groep een groep migranten uit een voormalige kolonie van Nederland. Lees de bronnen over de voormalige kolonie waar de migranten vandaan zijn gekomen en over de migranten zelf.
- Suriname, bronnen 1 en 2
- Nederlands-Indië, bronnen 3-4
- De Molukken, bronnen 5 en 6
- Nederlandse Antillen, bronnen 7 en 8
Enkele lange bronnen zijn verdeeld in paragrafen. Probeer het leeswerk zo gelijk mogelijk over de groepsleden te verdelen.
Noteer tijdens het lezen het antwoord op de volgende vragen:
- Waarom had Nederland het land waar de migranten vandaan komen als kolonie in bezit?
- In welke periode waren de Nederlanders daar de baas?
- Hoe werd dat land vervolgens onafhankelijk?
- Hebben de VN daar een rol in gespeeld?
- Zo ja, hoe?
- Wanneer zijn er mensen uit dat land naar Nederland gekomen?
- Waarom zijn ze naar Nederland gekomen?
- Hoe werden ze hier ontvangen? Waren welkom of juist niet?
- Hoe vergaat het ze nu?
Als je nog iets meer wilt weten dat je bij het beantwoorden van de vragen nodig denkt te hebben, zoek dan ook op internet.
Maak over de geschiedenis van het land waar de migranten vandaan zijn gekomen en over de migranten zelf een dossier. Spreek onderling af of je dit op papier doet of in digitale vorm, bijvoorbeeld in de vorm van een podcast.
Laat je dossier zien aan je leerkracht.