Koerden, volk zonder land - voor de docent: info

 
In het Midden-Oosten woont een volk met ongeveer 36 miljoen leden dat geen eigen land heeft, de Koerden. Hiermee is dit volk de grootste ter wereld zonder een eigen land. Ter vergelijking: het aantal Koerden is ongeveer net zo groot als de bevolking van Canada en het aantal is tweemaal de bevolking van Nederland.

De Koerden wonen verspreid over zes landen die aan elkaar grenzen. Alleen al daarom is het onwaarschijnlijk dat er een onafhankelijk land komt voor alle Koerden. Wel hebben de Koerden in Irak en Syrië in hun woongebied een zekere mate van zelfbestuur.

Leerlingen gaan in deze les na in welke mate de Koerden de vrijheid hebben om hun cultuur te beleven en hun eigen zaken te regelen.

Plan van aanpak
Voor deze les trekt u twee lesuren uit. 

Eerst laat u de klas de video zien in Bron: Onafhankelijkheid. Trek er 5 minuten voor uit.

Daarna maakt u vier groepen die ongeveer even groot zijn. Iedere groep onderzoekt het leven van de Koerden in een van de landen waar veel Koerden wonen. Dat zijn Turkije, Irak, Iran en Syrië. De leerlingen gebruiken de mensenrechtenverklaring als handvat.

In Armenië en Azerbeidzjan wonen eveneens Koerden, maar die vormen een uiterst kleine minderheid in hun land.

Dit onderzoek doen de leerlingen in de eerste les..

De leerlingen gaan na:

  • Of de Koerden in hun land hun eigen taal mogen gebruiken en op andere manieren hun cultuur mogen beleven;
  • Of ze hun eigen nieuwsmedia en politieke organisaties mogen oprichten;
  • Of en in welke mater ze hun woongebied ook zelf mogen besturen.

Elke groep schrijft een artikel en hierin verwerken ze de antwoorden op deze vragen.

Daarna vraagt u de leerlingen of ze kunnen aangeven in welk deel van het gehele Koerdische woongebied de Koerden het beste af zijn, als het gaat om het waarborgen van hun vrijheid van meningsuiting, persvrijheid en andere mensenrechten die te vinden zijn in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens van de Verenigde Naties.

Uitwerking

Irak
In Irak, aan de grens met Turkije, Syrië en Iran vormen de Koerden een meerderheid. Ze hebben vanaf 2005 in grote mate zelfbestuur en sinds dat jaar heet hun woongebied dan ook Koerdische Autonome Regio. Deze regio kreeg zelfs een eigen gekozen staatshoofd. Maar toen in 2017 de Koerden in dit gebied tijdens een referendum bij grote meerderheid kozen voor algehele onafhankelijkheid van het gebied, greep de regering in Bagdad hard in om dit te voorkomen. Ook de buurlanden van Irak (en dan vooral Turkije) waren tegen een geheel onafhankelijke Koerdische staat in Irak.

Wel zijn de Koerden in Irak vrij om hun eigen cultuur te beleven en hebben ze persvrijheid, recht van vereniging en vergadering. Dat geldt ook voor andere burgers in het land. Irak heeft namelijk heeft een constitutionele en parlementaire democratie.

Turkije
In het grensgebied met Iran, Irak en Syrië vormen de Koerden een meerderheid. Bovendien is het aantal Koerden in Turkije groter dan in de overige landen en vormen ze ook de grootste minderheid binnen de hele bevolking van het land.

Sinds de stichting van het huidige Turkije in 1923 hebben de Koerden te maken gehad met discriminatie en repressie door de Turkse regering. Aanvankelijk bestonden de Koerden officieel niet eens; ze werden beschouwd als Turken en moesten zich in alle opzichten net zo gedragen als de andere inwoners van Turkije.

De Turkse regering wilde hoe dan ook voorkomen dat de Koerden in Turkije een eigen staat zouden stichtten, en eventueel ook nog samen met de Koerden in de buurlanden van Turkije. Vooral vanaf 1984 werd daarbij geen middel geschuwd. De Turkse regering raakte verwikkeld in een echte oorlog tegen de Koerdische verzetsbeweging PKK die een eigen Koerdische staat wilden stichten.

Maar vooral na de eeuwwisseling behandelde de regering de Koerden coulanter. Ze mochten bijvoorbeeld tv-uitzendingen in het Koerdisch doen. Dat kwam omdat de Turkse regering streefde naar toetreding van Turkije tot de Europese Unie. Hiervoor vond men het nodig om de Koerden en andere etnische minderheden in het land beter te behandelen. Dat zou Turkije als toekomstig lid van de Europese Unie aantrekkelijker maken. In die tijd kregen de Koerden ook meer te zeggen in de landelijke politiek, dankzij de opkomst van de politieke partij HDP. Maar volgens de Turkse regering is de HDP te nauw gelieerd aan de PKK en dus een bedreiging voor de binnenlandse veiligheid. In 2021 is bij het hoogste gerechtshof van het land een zaak begonnen om de partij opgeheven en verboden te krijgen.

Syrië
In het grensgebied met Irak en Turkije vormen de Koerden een meerderheid.

Koerdische rebellen vechten sinds 2011 samen met andere rebellengroepen tegen de regering van Bashar al-Assad. Die krijgt sinds 2015 militaire hulp van zowel Iran als Rusland. De Koerdische rebellen hebben met hulp van westerse landen ook tegen Islamitische Staat gevochten, tot die beweging geen gebieden meer onder controle hadden. Tijdens die op twee fronten gevoerde strijd wisten de Koerden voor hun woongebied een min of meer autonome status te verkrijgen.
In Syrië legt de landelijke regering de Koerden allerlei belemmeringen op bij de beleving van hun cultuur. Het gebruik van het Koerdisch als taal is niet altijd toegestaan en kinderen met Koerdische namen kunnen niet worden aangegeven bij de Burgerlijke Stand in hun woonplaats.

Iran
In Iran wonen enige miljoenen Koerden. De meeste Koerden wonen in het noordwesten van het land.

In de jaren ’20 van de vorige eeuw hebben zij korte tijd een eigen staat gehad, tot de Iraanse regering daar met geweld een einde aan maakte.

Sindsdien werd de Koerdische cultuur gedoogd als een soort vreemde eend in de bijt. Maar de Koerden hebben al die tijd te maken gehad met politieke repressie, zeker vanaf 1979, toen sjiitische geestelijken de sjah (koning) afzetten en het land uit joegen.

De meeste Koerden zijn soennitisch en de stroming binnen de islam die de regering van geestelijken aanhangen is de Sjiitische stroming. Sjiitische Koerden krijgen in het land een voorkeursbehandeling van de regering.

Kerndoelen
36. De leerling leert betekenisvolle vragen te stellen over maatschappelijke kwesties en verschijnselen, daarover een beargumenteerd standpunt in te nemen en te verdedigen, en daarbij respectvol met kritiek om te gaan.

39. De leerling leert een eenvoudig onderzoek uit te voeren naar een actueel maatschappelijk verschijnsel en de uitkomsten daarvan te presenteren.

40. De leerling leert historische bronnen te gebruiken om zich een beeld van een tijdvak te vormen of antwoorden te vinden op vragen, en hij leert daarbij ook de eigen cultuurhistorische omgeving te betrekken.

 

verwante lessen

Login Form