Maandag 9 december 2019 | NOS | Redactie
Hij wordt 170 meter hoog en 1800 lang, maakt van Ethiopië een machtige energiereus en bedreigt de toegang tot water van miljoenen Egyptenaren en Soedanezen. De aanleg van de Grote Renaissancedam in de Blauwe Nijl zorgt voor oplopende spanningen in een decennia-oud conflict.
Vandaag proberen Ethiopië, Egypte en Soedan bij een overleg in Washington tot een oplossing te komen. Zijn deze drie Nijllanden nog bij elkaar te brengen of is het hek van de spreekwoordelijke dam?
De aanleg van de Grote Renaissancedam
Het is in ieder geval geen eenvoudige kwestie. De Nijl is de langste rivier ter wereld en wordt gezien als de levensader van Egypte. De grootste steden bevinden zich in de nabijheid van de rivier en zeker 90 procent van het drinkwater komt uit de Nijl.
Dat geldt eveneens voor zuiderbuur Soedan. In hoofdstad Khartoem komen de Witte en Blauwe Nijl samen. De laatstgenoemde ontspringt in Ethiopië en zorgt voor het grootste deel van de watertoevoer van de Nijl vanaf Khartoem stroomafwaarts. Het is dus geen verrassing dat de Ethiopische autoriteiten willen profiteren van het waardevolle rivierwater.
De Egyptenaren staan minder te springen om een Ethiopische stuwdam en hebben decennialang kunnen voorkomen dat bovenstrooms het rivierwater vastgehouden zal worden. Stevige taal en militaire dreigementen vanuit Caïro weerhielden Addis Abeba daar lange tijd van.
Dwarsliggen
Dat de dam er nu tóch komt, heeft Egypte deels aan zichzelf te danken, legt hoogleraar waterbeheer Pieter van der Zaag in ‘Spraakmakers’ uit. "Er bestond een initiatief van de Wereldbank om gezamenlijk op te trekken, zodat de betrokken Nijllanden zouden profiteren van een dam in Ethiopië. Maar Caïro ging na tien jaar dwarsliggen."
Toen in 2011 tijdens de zo genoemde Arabische Lente president Mubarak in Egypte werd afgezet en het land in een machtsvacuüm terechtkwam, greep Ethiopië haar kans en besloot de dam te realiseren. In 2013 werd in Egypte een militaire machtsgreep gepleegd en zit het leger stevig in het zadel, vertelde de Nederlands-Egyptische politicoloog en journalist Mounir Samuel in het NOS-programma ‘Met het Oog op Morgen’.
Hij ziet tekenen van Egyptische of Soedanese bemoeienis met het project. Zo werd vorig jaar de hoofdingenieur doodgeschoten. "Het is onduidelijk wie er achter zat, maar het lijkt mij wel heel toevallig als het niets met de dam te maken heeft." De bouw liep in ieder geval vertraging op.
Ethiopië zet hoe dan ook door. In 2015 beloofde het de buurlanden al dat zij "geen enkele schade zouden oplopen". De dam is van groot belang voor het land, ziet Samuel. "Het zal hun energieopwekking verdriedubbelen. Ze willen de grootste energie-exporteur van heel Afrika worden." Premier Abiy staat er geharnast in: onlangs suggereerde hij dat de dam hem een gewapend conflict waard is.
Ook hoogleraar Van der Zaag ziet het belang. "De dam is voor Ethiopië een vorm van ‘nation building’. In de publieke opinie scharen Ethiopiërs zich massaal achter het project."