Van verwoestijning is sprake als gebieden die aan woestijnen grenzen, steeds meer trekken van een echte woestijn krijgen.
Verwoestijning van een gebied wordt voor een deel veroorzaakt door periodes waarin er minder neerslag valt dan gemiddeld, waardoor de vegetatie verdort en de bodem uitdroogt. Voor het overige deel gebeurt dit door de manier waarop bewoners omgaan met de bodem en met de plantengroei in die gebieden. Soms wordt in een gebied, bijvoorbeeld de Sahel, verwoestijning teruggedraaid als er gedurende enkele jaren meer regen valt dan gemiddeld. Dan herstelt de vegetatie zich. Als daarna een reeks van jaren volgt die droger zijn dan gemiddeld, gaat het gebied weer meer op een woestijn lijken.
Verwoestijning vormt voor mensen een bedreiging van hun middelen van bestaan en van hun voedselvoorziening. Dit geldt, vooral in Afrika, voor vele miljoenen mensen.