1970 - Aswandam en erfgoed - bron: de redding van de tempel


In 1960 begon de Egyptische regering met de bouw van de Aswandam in de Nijl. Toen de dam klaar was, ontstond het Nassermeer. De indrukwekkende tempels van Aboe Simbel in dit gebied dreigden onder water te verdwijnen. Archeologen en ingenieurs uit Egypte, Italië, Duitsland, Zweden en Frankrijk begonnen met het verstevigen van de tempels. Daarna werden ze tussen 1964 en 1968 met handzagen in grote blokken van zo’n 30 ton gezaagd.

abusimbelOp een plek 65 meter hoger en 200 meter verder van de rivier begon men daarna met de wederopbouw. Hiervoor werden op deze plek twee grote betonnen koepels gebouwd, aan de buitenkant, waar de tempels in feite in werden geschoven. Ze zien er nu dus nog steeds uit alsof ze uit de rotsen zijn gehouwen. De kosten van dit project bedroegen zo’n $80 miljoen, waarvan $40 miljoen werd gedoneerd door 50 verschillende landen.

Wereldwijd vond men dit een succesvolle actie. Later volgden nog meer herstel- en opknapacties: in Venetië, aan de ruïnes van de stad Mohenjodaro in Pakistan en aan de Borobudur in Indonesië. Onder leiding van UNESCO stelden deskundigen een conceptovereenkomst op om het gezamenlijke erfgoed van de mensheid te beschermen.

Het beeld nummer 2 van Ramses de Grote wordt opnieuw in elkaar gezet na de verhuizing in 1967


Tijdens een conferentie in 1972 te Stockholm besloten de Verenigde Naties de World Heritage Trust op te richten. De landen van de VN sloten de zogenoemde Werelderfgoed-overeenkomst. Deze overeenkomst betreft zowel bijzondere cultuurmonumenten als natuurmonumenten. Ook besloot men een lijst op te zetten en bij te houden van dergelijke monumenten, de Werelderfgoedlijst. In 1976 kregen de Nubische monumenten van Aboe Simbel tot Philae zelf een plaats op deze lijst. 

 

verwante lessen

Login Form