Soedan
 Oppervlakte: 2.376.000 km2 (70 x Nederland) Bevolking: 38,1 miljoen inwoners Het
noorden is overwegend Arabisch en islamitisch, het zuiden is overwegend
Afrikaans en christelijk of aanhanger van traditionele godsdiensten. 1 – Waar draait het om? 2 – Welke partijen? 3 – Chronologie 4 – Conflictbemiddeling 5 – Rondom conflicten 6 – Vooruitzichten 7 – Meer informatie op Internet
 Waar draait het om?Het land wordt geteisterd door een burgeroorlog tussen het islamitische noorden en het christelijke zuiden. Soedan
is het grootste land in Afrika. Het is een van de meest kleurrijke
landen, met een bevolking die geschat wordt op 38 miljoen inwoners. De
Arabieren zijn de grootste bevolkingsgroep (40 %). Verder zijn er
Dinka’s (12%), Beja’s (7%) en West-Afrikanen (6%). 
Na
de onafhankelijkheid van Soedan in 1956 zijn er steeds
machtswisselingen in het landsbestuur. Door deze onrust zakt het land
weg in een moeras van armoede en economisch verval. Dit heeft
burgeroorlogen tot gevolg. De Verenigde Staten ondersteunen
regeringen die hun voorkeur hebben met gigantisch veel wapens. Rusland
doet hetzelfde. Maar als zij aan het eind van de vorige eeuw het land
verlaten, omdat deze voor hen niet meer van betekenis is, laten ze het
land achter in armoede, overladen met wapentuig. 
Het
Arabische noorden heeft een beter economisch klimaat dan het Afrikaanse
zuiden. De zuiderlingen voelen zich gediscrimineerd. De regering in het
noorden denkt dit op te lossen door het land uit te roepen tot een
islamitische republiek. Er breekt dan een burgeroorlog uit. Begin
jaren 90 opent de regering van Soedan zijn deuren voor radicale
islamitische groeperingen. Hierdoor plaatst de Verenigde Staten Soedan
in 1993 op de zwarte lijst van ondersteuners van internationaal
terrorisme. De Soedanese burgeroorlog verandert in een oorlog
op meerdere fronten. In 1997 lanceert de gecombineerde Soedanese
oppositiepartij (waaronder de SPLA) verschillende aanvallen in de
gebieden grenzend aan Eritrea, Ethiopië en Oeganda, wat geweldige
overwinningen oplevert. Hierdoor worden andere groepen gestimuleerd om
ook tegen de overheid te vechten. De regering reageert op deze
aanslagen door zelf militair actief te worden. Amerika probeert de
Soedanese regering omver te werpen door de buurlanden te helpen. Dit
gaat even goed, tot Eritrea en Ethiopië met elkaar slaags raken in mei
1998 en hun troepen langs de grens met Oeganda terugtrekken. Beide
landen sluiten dan apart vrede met de Soedanese regering, zodat deze
zich weer kan richten op rebelse groeperingen in eigen land. 
De
humanitaire situatie in het land is slecht. De hongersnood in 1998
veroorzaakt door de regering en verergert door de rebellen treft 2,6
miljoen mensen. Het wordt de grootste hulpoperatie van de VN tot dan
toe. Honderdduizenden mensen sterven.
Beide partijen in dit
conflict maken zich schuldig aan oorlogsmisdaden. Zo heeft de Soedanese
regering lukraak bommen gegooid op zuidelijke woonsteden en past ze de
tactiek van de verschroeide aarde toe. Verder wordt mishandeling,
verdwijning en standrechtelijke executie uitgevoerd om opstand tegen de
regering te onderdrukken. Ook de hulp van de VN en andere
hulporganisaties wordt niet toegestaan. De rebellen maken zich
schuldig aan ontvoering van vrouwen en kinderen van hun tegenstanders.
Ze laten ze door uithongering omkomen en zetten jonge kinderen op grote
schaal in als kindsoldaten. Naar schatting 1.9 miljoen mensen
in Soedan zijn overleden als gevolg van de burgeroorlog en de
hongersnood. Dat is een op de vijf Soedanezen. Welke partijen zijn betrokken bij het conflict?
Soedanese Burger Bevrijdings Leger (SPLA)
Rebellenleger
uit het christelijke zuiden, dat zich met hand en tand, waaronder de
inzet van kindsoldaten, verzet tegen de islamitische regering in het
noorden van het land. De SPLA controleert een groot deel van het zuiden
van Soedan.

Kindsoldaat bij het SPLA
Nationale Islamitische Front (NIF)

Numeiry
Steun
en toeverlaat van de junta die de macht heeft in het noorden van
Soedan. Komt na een militaire coup in 1969 aan de macht en houdt het
zestien jaar vol. Hij voert de sharia (islamitische wetgeving) in die
tot de tweede burgeroorlog leidt (1983-heden).
Sadiq al-Mahdi

Komt
na een verkiezingen in 1986 aan de macht. Hij probeert een politieke
oplossing voor het conflict te vinden, maar krijgt geen steun van zijn
achterban en wordt na een staatsgreep afgezet.

Omar Hassan al Bashir
Komt na een staatsgreep in 1986 aan de macht en is vanaf 1989 alleenheerser.
Chronologie van het conflict1956 Onafhankelijkheid van Soedan. 1956-1972 Muiterij
in het leger in het zuiden leidt tot het uitbreken van de eerste
burgeroorlog. Deze houdt het land jarenlang in zijn greep. In 1969
volgt een militaire coup door Generaal Numeiry. In 1972 volgt een
vredesakkoord, waarbij drie zuidelijke provincies onafhankelijkheid
toegezegd krijgen. 1983 Nieuwe spanningen
tussen het noorden en het zuiden ontstaan nadat Numeiry de islamitische
wetgeving (de sharia) invoert. Kort daarna breekt muiterij uit bij de
overdracht van de zuidelijke legers naar het noorden. Het Soedanese
Burger Bevrijdings Leger (SPLA) wordt opgericht en de tweede
burgeroorlog begint. 
1985 Numeiry wordt verdreven door een democratisch gezinde vredesbeweging. 1986 Na
de verkiezingen komt Sadiq al-Mahdi aan de macht. In overleg met de
SPLA wordt de sharia voorlopig opgeschort. Dit leidt tot oppositie van
het Nationale Islamitische Front (NIF), die hier niet mee akkoord gaat.
Een nieuwe coalitie haalt het niet meer, daar de zittende partijen
verdreven worden door de militair Omar Hassan al Bashir. 1989 Luitenant-generaal
Omar Hassan al Bashir neemt de macht in handen. Iran ondersteunt hem en
het Islamitisch Front met de aanschaf van wapens uit China en de Sovjet
Unie. De oorlog in het zuiden neemt toe en er wordt tweedracht gezaaid
binnen de SPLA. 
1993 Onderhandelingen
tussen de regering en de rebellen, waarbij ook de buurlanden Ethiopië,
Eritrea, Kenia en Oeganda worden betrokken, geregeld door de IGAD
(regionale organisatie voor ontwikkeling), eindigen in een afwijzing
door de regering van Soedan van de onderhandelingsvoorwaarden
(Declaration of Principles). Er zijn twee breekpunten: scheiding tussen
staat en religie en zelfbeslissingsrecht voor Zuid-Soedan en enige
andere kleine gebiedjes.
1997 Er wordt weer
een poging ondernomen. De regering gaat er mee akkoord de Declaration
of Principles als uitgangspunt te nemen. Maar weer worden de
onderhandelingen uitgesteld. Internationale steun voor de
onderhandelingen leiden tot niets. 1998 – 1999 Hongersnood treft 2,6 miljoen mensen. 2004 Na
35 jaar oorlog is er nog steeds geen uitzicht op vrede in Soedan.
Terwijl de humanitaire nood voortduurt, gebeurt er weinig aan
onderhandelingen. Beide kanten zijn blijkbaar tevreden met af en toe
een wapenstilstand. Wel wordt de internationale druk op de strijdende
partijen opgevoerd. Hulp aan Soedan door donorlanden is opgeschort.
Voedselhulp wordt wel gegeven, maar blijft een moeilijk punt omdat het
als machtsmiddel gebruikt wordt door de partijen. ConflictbemiddelingBeide
partijen –de regering in het noorden en de SPLA in het zuiden- lijken
weinig animo voor vredesbesprekingen te hebben. IGAD
De
Inter-Governmental Authority on Development (later Inter-Governmental
Authority on Drought and Development) is een samenwerkingsverband van
landen in de regio. De IGAD brengt in 1993 vredesbesprekingen op gang,
die in 1994 worden voortgezet, maar uiteindelijk op niets uitlopen. Een
consortium van westerse landen (waaronder de VS, Zweden, Italië en
Nederland) richt de ‘Vrienden van IGAD’ op. De club breidt zich later
met andere landen uit tot het IGAD Partners Forum. Dankzij hun inzet
pakken in 1997 de partijen de draad weer op, maar opnieuw leidt het tot
niets. In mei 1998 komen de regering en het SPLA overeen om een
referendum te houden, maar een datum daarvoor wordt niet geprikt. Wel
wordt een staakt-het-vuren regelmatig verlengd (en even zo vaak
geschonden). Verenigde Naties Onder de paraplu van de
VN slagen meer dan 30 verschillende internationale NGO’s er in om
noodhulp te verlenen aan de hongerende bevolking. De VN onthoudt zich
van kritiek op de strijdende partijen om de noodhulp niet in gevaar te
brengen. In 1995 heeft het Carter Centrum met hulp van de VN een
vier maanden durend staakt-het-vuren tot stand weten te brengen om
hulpverleners de kans te geven om de bevolking tegen een besmettelijke
ziekte te vaccineren. Nationale en lokale NGO’s Waar
overheden en internationale NGO’s falen, lukt het nationale en lokale
NGO’s wel om etnische groepen met elkaar te verzoenen. Het gaat daarbij
vooral om kleinere conflicten om land en toegang tot water, waarbij
wederzijds wantrouwen in de kiem wordt gesmoord. Allerlei kerkelijke
groepen, vrouwengroepen hebben kleinschalige vredesbijeenkomsten
georganiseerd waar verzoening het centrale thema is. De meest
effectieve organisatie is de Sudanese Women’s Voice for Peace (SWVP).
SWVP organiseert trainingen, heeft kleine vredescentra opgezet en
steunt ontwikkelingsprojecten, onder meer met steun van het Nederlandse
Pax Christi. Een andere NGO die hier niet onvermeld mag blijven is de
Sudanese Women Association in Nairobi (SWAN) die zich inzet voor
verzoening en respect voor mensenrechten in Soedanese
vluchtelingenkampen in buurland Kenia. 
SWAN werkt in vluchtelingenkampen in Kenia Rondom conflictenTerwijl
de humanitaire nood voortduurt, gebeurt er weinig aan onderhandelingen.
Beide kanten zijn blijkbaar tevreden met af en toe een wapenstilstand. Wel
wordt de internationale druk op de strijdende partijen opgevoerd. Hulp
aan Soedan door donorlanden is opgeschort. Voedselhulp wordt wel
gegeven, maar blijft een moeilijk punt omdat het als machtsmiddel
gebruikt wordt door de partijen. 
VooruitzichtenIn
1998 zag het er somber uit voor de regering van Soedan. De aanvallen
van rebellen waren hevig, de buurlanden stelden zich vijandig op en bij
overmaat van ramp werd het land getroffen door sancties van de VN
vanwege steun aan terrorisme.
Dat is veranderd, dankzij goede
diplomatie en enig geluk, heeft de regering het initiatief in de
burgeroorlog teruggewonnen. Het geluk bestond uit de ontdekking van
grote hoeveelheden olie en het uitbreken van oorlogen in de buurlanden
(Ethiopië tegen Eritrea en Oeganda in Congo). Ligt daarmee de
vrede binnen handbereik? Geenszins. De islamitische regering in het
noorden wil een islamitische staat en de oppositie in het zuiden wil
een democratisch Soedan, waar staat en religie strikt gescheiden zijn.
De tegenstellingen lijken onoverbrugbaar. Daarbij raakt het zuiden
onderling ook meer en meer verdeeld. Regionale stamleiders opteren
steeds openlijker voor een federaal systeem waarbij iedere
bevolkingsgroep haar eigen politiek systeem kan invoeren. 
Welke toekomst wacht hen? Meer informatie op Internet: http://www.minbuza.nl/land-soedan:
landendossier van het Ministerie van Buitenlandse Zaken
http://www.amnesty.nl/landeninfo/llp_soed.shtml:
uit het Amnesty-Jaarboek 2003
http://nl.wikipedia.org/wiki/Soedan:
Wikipedia, de vrije encyclopedie op Internet, over Soedan
|