Help! Kiribati zinkt! - voor de docent: info

 
In november 2021 vond in Schotland een internationale klimaatconferentie plaats, de COP26. Die ging over de opwarming van de aarde en de gevolgen  ervan nu en in de toekomst. Een van die gevolgen is wereldwijde stijging van de zeespiegel.

Tijdens die conferentie deed minister Seve Paenu uit Tuvalu een dringende oproep aan de wereldgemeenschap om snel drastisch op te treden tegen die opwarming. Anders zou zijn land op den duur voorgoed onder de zeespiegel verdwijnen.

In deze les ontdekken de leerlingen waarom dat ook zou gebeuren met Kiribati, een ander land in de Stille Oceaan. Ook gaan de leerlingen na hoe ze zelf kunnen helpen voorkomen dat Kiribati onder de zeespiegel verdwijnt.

Plan van aanpak
Voor deze les trekt u 1 uur uit. 

U laat de leerlingen de video's zien in Bron: Twee kleine landen. Trek er 10 minuten voor uit.

Daarna maakt u vier groepen voor een groepsactiviteit waar u 30 minuten voor inruimt

  • Groep 1 onderzoekt het landschap van Kiribati en hoe dat is ontstaan.
  • Groep 2 onderzoekt de bewoners van Kiribati en hun taal en cultuur.
  • Groep 3 gaat na welke middelen van bestaan de bewoners van Kiribati hebben, en
  • Groep 4 verzamelt alvast tips om zelf als leerling iets te doen tegen de opwarming van de aarde.

Elke groep maakt een verslagje met de resultaten van hun onderzoek.

Ter afsluiting bespreekt u met de klas de onderzoeksverslagen en verzamelt u nog meer tips voor het aanpakken van de opwarming van de aarde. Die tips voegt u toe aan de vier verslagen. Voor dit klassengesprek trekt u 20 minuten uit. Zo krijgt u bij elkaar een pleidooi om op te komen voor Kiribati en zijn inwoners.

Uitwerking
Kiribati ligt in het tropische deel van de Stille Oceaan. Het bestaat uit drie archipels: de Gilbert-eilanden, de Phoenix-eilanden en de Line-eilanden. Deze eilandgroepen liggen ver uit elkaar en ook binnen elke groep zijn de eilanden door grote stukken zee van elkaar gescheiden.

De eilanden zijn atollen, grotendeels opgebouwd uit koraal en ze steken hooguit een paar meter boven de zeespiegel uit. De atollen zijn als volgt ontstaan: eerst ontstaat op de zeebodem een vulkaan die na elke uitbarsting hoger wordt en ten slotte boven de zeespiegel uitsteekt. Rondom het eiland dat op die manier ontstaat, groeit langs de kust in ondiep water koraal aan tot riffen, die net boven de zeespiegel uitsteken.

De vulkaan is op gegeven moment niet meer actief en wordt door erosie steeds lager, tot de top ervan onder water verdwijnt en plaatsmaakt voor een lagune. Deze lagune is omsloten door de koraalriffen die blijven aangroeien. Zo maakt het vulkaaneiland plaats voor een atol.

Dat Kiribati uit atollen bestaat, is op twee manieren problematisch:

  1. Koraal bevat weinig voedingsstoffen voor planten. Voor akkerbouw is het dus nodig om de bodem van de atollen te bemesten met compost of kunstmest en ijzer. Voor dat laatste begraven Kiribassers blikjes die dan vervolgens snel roesten en ijzerdeeltjes aan de bodem afstaan. Daarom zijn Kiribassers voor hun dagelijks eten voor een groot deel aangewezen op het houden van varkens en kippen, op visserij rondom de eilanden zelf en in volle zee en op import van voedingswaren uit bijvoorbeeld Australië.
  2. Op langere termijn is het problematisch omdat de atollen nu al nauwelijks boven de zeespiegel uitsteken. De nu voorspelde zeespiegelstijging vergroot dus het gevaar voor overstromingen en over enige tientallen jaren steken de eilanden helemaal niet meer boven de zeespiegel uit. Dan moeten allen inwoners verhuizen naar Australië, Nieuw-Zeeland of enig ander land dat ook dan nog hoog genoeg ligt om niet verzwolgen te worden.

Om dit te voorkomen is het dringend nodig om de uitstoot van broeikasgassen, vooral koolstofdioxide, overal ter wereld terug te dringen en te compenseren. Dat gebeurt al op meerdere manieren:

  • Zuiniger omgaan met energiebronnen. Voor scholieren kan dat bijvoorbeeld door naar school te fietsen in plaats van met het openbaar vervoer of per auto naar school te gaan.
  • Schonere energiebronnen gebruiken en liefst geen fossiele brandstoffen meer;
  • Energiebewust eten en kopen. Voor het maken van elk product is energie nodig. Ook voor vlees en zuivel is veel energie nodig. Immers, de dieren waar vlees en zuivel van komen, hebben zelf eten nodig. Voor die dieren is het een energiebron. Vegetariërs en veganisten weten je te vertellen dat voor één kilo vlees al gauw meerdere kilo's plantaardig voedsel nodig is en veel van dat plantaardig voedsel kun je ook zelf als voedsel gebruiken.
  • Langer gebruik van dingen die je gekocht hebt. Een smartphone of kledingstuk repareren is energiezuiniger dan een nieuwe aanschaffen om de kapotte te vervangen.


Kerndoelen
42 De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur.

44 De leerlingen leren bij producten uit hun eigen omgeving relaties te leggen tussen de werking, de vorm en het materiaalgebruik

47 De leerlingen leren de ruimtelijke inrichting van de eigen omgeving te vergelijken met die in omgevingen elders, in binnen- en buitenland, vanuit de perspectieven landschap, wonen, werken, bestuur, verkeer, recreatie, welvaart, cultuur en levensbeschouwing. In ieder geval wordt daarbij aandacht besteed aan twee lidstaten van de Europese Unie en twee landen die in 2004 lid werden, de Verenigde Staten en een land in Azië, Afrika en Zuid-Amerika.

 

verwante lessen

Login Form