Om gezond te blijven, moet je ervoor zorgen dat je voldoende binnenkrijgt van allerlei belangrijke stoffen die in voedsel zitten. Dat zijn: suiker, vet (o.a. in vlees en melk), koolhydraten (o.a. in graanproducten), zetmeel (o.a. in aardappelen), eiwitten (in vlees, vis, graan), vitamines en mineralen (o.a. in groente en fruit).

De voedselpyramide rechts geeft aan welke soorten voedsel belangrijk zijn

In Nederland kan iedereen op die manier gezond blijven, er is voldoende voedsel voorhanden. Maar dat is niet overal zo. In enkele gebieden op de wereld is voortdurend te weinig te eten. Het gevolg is dat veel mensen lijden aan chronische (= voortdurende) ondervoeding.

Het kan ook zijn dat het eten te eenzijdig is. In dat geval krijgen mensen niet van alle voedingsstoffen genoeg binnen en worden ze daardoor ziek. Zo krijgen mensen te weinig eiwitten binnen als ze alleen maar granen eten (zoals rijst) of alleen maar knollen (zoals maniok). Kinderen krijgen daar de ziekte kwashiorkor van. Kinderen met deze kwaal zijn te herkennen aan hun gezwollen buik. (foto rechts)

Er zijn mensen die zó weinig kunnen eten dat ze graatmager worden. Dan is er sprake van (acute) honger. Die honger doet je lichaam snel aftakelen. Dat gaat gepaard met pijn, duizeligheid, moeheid, slapte en kriebelhoest. Je krijgt hongeroedeem, een sterke ophoping van vocht onder de huid. 

Het lichaam verteert eerst alle vet dat onder de huid is opgeslagen en begint dan spierweefsel te verteren. Uiteindelijk ben je letterlijk vel over been. Je kunt door honger steeds makkelijker een infectieziekte oplopen want je lichaam kan verwekkers van deze ziekten moeilijker bestrijden. Daarom breken er onder mensen die honger lijden gemakkelijk besmettelijke ziektes uit als difterie, tuberculose en tyfus.

Honger maakt leren op school moeilijker. Een kind dat met een rammelende maag naar school gaat, kan zich minder goed concentreren en leert slechter dan een kind dat ‘s ochtends voor school een goed ontbijt heeft gehad. Kinderen die honger lijden, groeien nauwelijks of niet meer. Aan honger ga je op den duur dood.
Kun je na langdurige ondervoeding of honger weer voldoende eten, dan is het oppassen geblazen. Je maag en darmen kunnen geen gewone maaltijden meer aan. Ze moeten er weer aan wennen. Dat kan alleen door geleidelijk aan steeds meer te eten. Wie onmiddellijk gewone maaltijden eet, krijgt last van buikloop, misselijkheid en braken en dat kan fataal aflopen.
Wie honger heeft geleden, herstelt daar niet altijd volledig van. Kinderen lopen door honger een groeiachterstand op bijvoorbeeld, en honger beschadigt de hersenen. Je kunt er zelfs geestelijk gehandicapt door raken.