De rol van Unicef
Eeuwenlang hebben medici gezocht naar medicijnen om uitdroging ten gevolge van diarree tegen te gaan. Sushustra, een Indiase geneesheer die 3000 jaar geleden leefde, was op het goede spoor toen hij een mengsel van lauw water, steenzouten en stroop (waar veel suiker in zit) voorschreef aan zijn zieke patiënten, maar hij had de onderlinge verhoudingen nog niet goed (klik hier voor meer informatie).
De wetenschappers kwamen na de Tweede Wereldoorlog op de proppen met het toedienen van vocht via een infuus (ook wel intraveneuze rehydratie (IV) genoemd). IV werd gezien als de beste manier om de gevolgen van diarree tegen te gaan. Toch gingen er vijfendertig jaar geleden er elk jaar nog steeds miljoenen kinderen dood aan de gevolgen van diarree. Tot de uitvinding van ORT (Oral Rehydration Therapy).

Unicef komt de eer toe dat ze heel snel het belang van ORT onderkend heeft. Een Unicef-team uit India onder leiding van dr. Dilip Mahalanabis uit Calcutta gebruikte in 1971 voor het eerst ORT op grote schaal bij slachtoffers van een cholera-epidemie in een vluchtelingenkamp in Oost-Pakistan (nu: Bangladesh). Van de 3700 patiënten (de meesten van hen waren kleine kinderen) overleden er maar 133 (= 3,6%). Bij behandelingen met IV was het aantal slachtoffers altijd veel hoger. Daar komt bij dat een liter ORT maar tien cent kost, terwijl een behandeling met IV acht keer zo duur is. Daarbij heb je voor een infuus bij de IV-methode een ziekenhuis en een dokter nodig, terwijl ORT door de ouders zelf gemaakt kan worden.
In 1994 kreeg nog maar een op de drie diarree-patiënten ORT toegediend. De toenmalige directeur van Unicef, James Grant, zei daarover: "Ondanks onze kennis bestaat er nog steeds een enorme kloof - 25 jaar na de ontdekking van ORT - tussen de aanwezigheid van ORT en het gebruik ervan." Elke minuut overleden er in dat jaar nog zes kinderen door uitdroging ten gevolge van diarree, zo'n 3 miljoen per jaar. Dokters schreven geen ORT voor omdat ze het in hun opleiding niet geleerd hadden, of omdat ze aan ORT niets konden verdienen. Een dokter in een onderontwikkelingsland zei: "Ik vind ORT prima, maar ik krijg er niets voor betaald. En daarom gebruik ik de IV-methode."
In de afgelopen tien jaar heeft Unicef een wereldwijde campagne gevoerd om het gebruik van ORT te stimuleren. Unicef heeft gelobbyd bij politici, bij medici en bij het grote publiek voor het gebruik van ORT. En met succes. Bijna alle landen in Afrika, Azië en Latijns-Amerika hebben plannen ontwikkeld om het gebruik van ORT te stimuleren.
In Peru bijvoorbeeld stierf bij een grote cholera-epidemie, die een kwart miljoen Peruanen trof, minder dan 1 percent van de zieken dankzij het gebruik van drie miljoen zakjes ORT. In Mexico heeft de regering een 'witte vlaggen'-project opgezet: als alle vaders en moeders van een wijk of dorp hadden geleerd om ORT te gebruiken, werd er een witte vlag gehesen. Nu weet 86% van alle moeders hoe ze ORT op een correcte wijze moeten toepassen.
In Egypte tenslotte gerbuiken vier van de vijf moeders thuis ORT voor hun zieke kind. Het Nationale Project voor Controle van Diarree, onder leiding van de minister van Gezondheid, heeft minstens een miljoen kinderen van de dood gered en is een van de meest succesvolle projecten gericht op het tegengaan van kindersterfte ter wereld.
Deze landen zouden dat niet hebben kunnen doen zonder de inzet en steun van Unicef!
|