Oorzaken van kindersterfte
Armoede
De belangrijkste oorzaak van kindersterfte is armoede, zowel van afzonderlijke landen als van mensen individueel.
Als je in Nederland als vrouw een kind moet krijgen, word je geholpen door een voedvrouw of ga je bevallen in een ziekenhuis. Als er complicties zijn, lig je als het moet binnen het uur op de operatietafel.
De landen van de Derde Wereld, ook wel arme landen genoemd, hebben vaak het geld niet om zo'n goede gezondheidszorg erop na te houden. Baby's worden ter wereld geholpen door een voedvrouw of door een arts in een ziekenhuis, maar die beschikken niet over zulke goede apparatuur als in het Westen. Bij complicaties gaat het dan ook eerder mis, al was het maar omdat de afstand tot een ziekenhuis vaak véél groter is dan in Nederland.
In de Derde Wereld wonen ook rijke mensen, maar het grootste deel van de bevolking is toch echt arm. Miljoenen mensen in de Derde Wereld moeten rondkomen van minder dan een euro per dag. Dat is bijna altijd te weinig om er fatsoenlijk van te kunnen leven; medicijnen en ziekenhuisbezoek zijn vaak te duur, waardoor kinderen eerder aan een ziekte kunnen overlijden. Ook hebben arme mensen vaker geen toegang tot veilig drinkwater. Ondervoeding is een van de belangrijkste oorzaken van kindersterfte; ondervoeding ontstaat als de ouders geen geld hebben om voldoende (gevarieerd) eten voor hun kinderen te kopen.
Onderstaande tabel laat zien dat kinderen van arme ouders eerder doodgaan, dan kinderen van rijke ouders.
Kindersterfte per 1000 levend geborenen:
|
Arme ouders |
Middenklasse ouders |
Rijke ouders |
Togo | 168 | 154 | 97 |
Haïti | 163 | 137 | 106 |
India | 155 | 120 | 54 |
Indonesië | 109 | 70 | 29 |
- Meer over armoede kun je lezen op de speciale webstek voor het VMBO-sectorwerkstuk over armoede.
- Meer over honger en ondervoeding kun je lezen op de speciale webstek voor het VMBO-sectorwerkstuk over honger.
- Meer over gezondheidszorg in het algemeen kun je lezen op de speciale webstek voor het VMBO-sectorwerkstuk over recht op gezondheidszorg.
Ondervoeding
Ondervoeding veroorzaakt een snelle aftakeling van het lichaam die voortduurt zolang je niet eet. Ondervoeding gaat gepaard met pijn, duizeligheid, moeheid, slapte en kriebelhoest. Ook krijgen mensen die honger lijden hongeroedeem, een sterke ophoping van vocht onder de huid. Honger maakt het lichaam ook steeds kwetsbaarder voor infectieziekten. Onder mensen met honger breken dan ook gemakkelijk besmettelijke ziektes uit als difterie, tuberculose en tyfus. Het lichaam verteert eerst alle vet dat onder de huid is opgeslagen en begint dan spierweefsel zogezegd 'op te eten'. De uitdrukking 'vel over been' is in zo'n geval zeker niet overdreven. Kinderen groeien nauwelijks of niet meer en gaan uiteindelijk dood.
In Zuid-Azië is 1 op de 2 kinderen ondervoed, in Afrika 1 op de 3 kinderen.
In sommige landen is het van groot belang of je als jongen of als meisje geboren wordt. Op het platteland van India en Bangladesh bijvoorbeeld krijgen jongens meer te eten dan meisjes. Het is bij veel families de gewoonte dat de vaders eerst eten, samen met de zonen. De restjes gaan naar moeder en de dochters. Men vindt dat mannen zwaar werk hebben en daarom beter moeten eten. Ze vergeten dat kinderen baren ook heel zwaar is, evenals het verzorgen van een groot gezin. Alles gebeurt er met de hand, een stofzuiger of wasmachine is te duur. De meisjes en vrouwen hebben door deze discriminatie een grotere kans op ondervoeding.
Ondervoeding van de moeder speelt ook een belangrijke rol. Als een ondervoede vrouw een baby krijgt, zal het kindje met een te laag gewicht geboren worden en een grotere kans hebben om ziek te worden en te sterven.
Ondervoeding speelt een belangrijke rol in 50% van alle gevallen van kindersterfte.
- Meer over de gevolgen van honger en ondervoeding kun je lezen op de speciale webstek voor het VMBO-sectorwerkstuk over honger.
Geen borstvoeding
In borstvoeding zitten alle stoffen die een baby nodig heeft en die het kind beschermen tegen ziektes. Veel vrouwen (5% van allemoeders) kunnen geen borstvoeding geven omdat ze zelf ondervoed of ziek zijn en te weinig moedermelk hebben. Veel vrouwen denken ook dat flesvoeding beter is; dat komt door de reclame voor flesvoeding die sommige bedrijven maken.

Links een reclame uit 1896 waarin wordt gesuggereerd dat melkpoeder het beste voor baby's is. Een dergelijke reclame mag tegenwoordig niet meer (klik hier voor meer informatie). Toch komt de Vietnamese reclame ernaast wel in de buurt: een oude, wijze man die met water aangemaakte poedermelk drinkt met twee blakende jongentjes om zich heen. Subtieler is de reclame ernaast van Nestlé in de Filippijnen: geen moeder met baby, maar wel een moedereend met gezond jong; de titel 'Good Start' ('Goede Start') suggereert dat poedermelk goed is voor een baby.
Flesvoeding bestaat uit poedermelk, aangelengd met water. Maar als dat water niet zuiver is (ongekookt) of als de fles met vuil water is omgespoeld, kan de baby diarree krijgen en eraan overlijden. En dát vertellen de reclames er niet bij... En als het etiket er wel bij vertelt dat fles en speen met gekookt water moeten worden schoongemaakt, blijft dat vaak een probleem, aangezien veel vrouwen in de Derde Wereld niet kunnen lezen (= analfabeet zijn).
Als alle moeders borstvoeding zouden geven in plaats van flesvoeding, zouden er volgens Unicef elk jaar 1,5 miljoen minder baby's doodgaan.
Als een vrouw eenmaal met flesvoeding begonnen is, stopt de aanmaak van moedermelk vanzelf. Als een vrouw overstapt op flesvoeding en de de aanmaak van moedermelk is gestopt en ze krijgt spijt (of ze kan het niet langer betalen), is het te laat en kan ze niet meer terug naar het geven van borstvoeding.
Borstvoeding is ook nog eens goedkoper: de moedermelk is gratis, terwijl voor poedermelk betaald moet worden.
Leven in ongezonde omstandigheden
De grootse steden van de wereld vind je in de Derde Wereld. De grootste is Mexico-stad met meer dan 25 miljoen inwoners. Andere megasteden met meer dan 10 miljoen inwoners zijn onder meer Bangkok (Thailand), Rio de Janeiro (Brazilië), Bombay (India), Beijing (China), Lagos (Nigeria) en Cairo (Egypte).
De inwoners van deze miljoenensteden komen vaak van het platteland. Ze zijn de armoede en het gebrek aan banen beu en trekken naar de grote stad, op zoek naar werk. Helaas zijn ze niet de enigen die er zo over denken. Miljoenen trekken met hen mee naar de stad en voor zoveel mensen is er geen werk te vinden. Uiteindelijk komen er honderdduizenden in een van de vele krottenwijken in de buitenwijken van de stad terecht.
In Brazilië heten deze krottenwijken favelas. Ze ontstaan wanneer een groep mensen zonder geld, grond of huis een stuk grond bezetten om daar een hutje te bouwen. Een favela kan enorm uitdijen. Een van de grootste is Rocinha, een favela met 250.000 inwoners in Rio de Janeiro. Reisorganisaties verzorgen uitstapjes naar Rocinha, maar het is op geen enkele kaart te vinden. Officieel bestaat Rocinha niet. De bewoners moeten alles zelf regelen: van riolering (die op veel plaatsen nog ontbreekt) tot het aanleggen van sportveldjes. De kinderen leven er in ongezonde omstandigheden. Ze delen de straten met ratten en ongedierte, het vuilnis stapelt zich op omdat de gemeente het niet ophaalt. In sommige straten moet je je weg vinden over rottende planken. Één misstap kan fataal zijn. Kinderen lopen grote risico's op ziektes die hen fataal kunnen worden (want veel dokters zijn er niet).
In veel krottenwijken in Brazilië komt er nog een risico bij: de dienst wordt er uitgemaakt door criminele bendes. de politie durft er niet te komen of alleen met veel machtsvertoon waarbij ze schieten op alles wat verdacht is. Bij deze schietpartijen en bij vuurgevechten tussen bendes onderling, komen er veel onschuldige slachtoffers om, ook kleine kinderen.

Deze kinderen nemen in Rocinha een bad in een gat in de grond dat met water gevuld is. Grote kans dat het water verontreinigd is met ziektekiemen...
Geen toegang tot veilig drinkwater
Water komt uit de kraan, althans in Nederland. Water kost ook bijna niets (behalve op een terrasje waar je vaak meer dan anderhalve euro betaalt voor een flesje mineraalwater): voor 1000 liter (= een kuub of 1 m3) betaal je maximaal € 2,00, dat is nog geen kwart cent per liter.
Ons lichaam heeft 1,5 tot 2 liter water per dag nodig. Zonder voedsel kun je het weken uithouden, maar zonder water ga je binnen enkele dagen dood. Water heb je kortom nodig om te leven. Maar we gebruiken water voor nog veel meer zaken: eten koken, thee of koffie zetten, je douchen of een bad nemen, het toilet doorspoelen enz. enz. In totaal gebruik je zo'n 140 liter water per dag. Op de Westelijke Jordaanoever of de Gaza-Strook (het woongebied van de Palestijnen) is dat maar de helft: 71 liter per persoon per dag. In de Sahara-woestijn moet men het doen met nog veel minder: zo'n 10-15 liter water per persoon per dag.
Voor veel arme mensen is water kopen bij een waterhandelaar te duur (bij een Palestijnse waterhandelaar kost een kuub € 5,10, tweeëneen half keer zo duur als in Nederland). Soms kunnen mensen water bij een pomp halen; vaker nog zijn ze aangewezen op water uit een naburige sloot of rivier. En dat water is zeker niet altijd schoon; dieren doen er hun behoefte in, mensen wassen zich er of doen er ook hun behoefte. De bacterieën in het water kunnen je flink ziek maken, ziektes die tot de dood kunnen leiden.
- Meer over de gezondheidszorg in de Derde Wereld kun je lezen op de speciale webstek voor het VMBO-sectorwerkstuk over recht op gezondheidszorg.
Ziektes als diarree, mazelen, malaria, tuberculose en aids
Mazelen, difterie, kinkhoest, polio, tuberculose en tetanus zijn samen verantwoordelijk voor de dood van miljoenen kinderen. Erg gevaarlijk hoeven deze ziektes niet te zijn, veel kinderen in Nederland hebben ook wel eens de mazelen gehad.
Je kunt ze makkelijk voorkomen door kinderen er tegen in te enten of ze er medicijnen voor te geven.
Veel kinderen, met name in Afrika, worden met het hiv-virus (dat aids veroorzaakt) geboren. Ze hebben de besmetting van hun ouders meegekregen. Zo'n besmetting hebben, heet seropositief zijn. Veel mensen zijn seropositief zonder het zelf te weten. Als twee mensen seks hebben en een ervan is seropositief, kan de baby ook seropositief worden. De ziekte aids kan zich meteen of binnen enkele jaren na de geboorte openbaren. Ofschoon er medicijnen zijn die aids afremmen of zelfs onschadelijk maken, zijn die voor de meeste Afrikanen nog te duur. Er sterven elk jaar honderdduizenden en misschien zelfs meer dan een miljoen kinderen aan aids. De liefde tussen hun ouders wordt deze kinderen uiteindelijk fataal...
Een ander geval is diarree: iedereen heeft daar wel eens last van. Niet hygiënisch klaargemaakt voedsel eten of besmet water drinken en het is mis. Meestal zijn de klachten na een paar dagen wel verdwenen. In veel derdewereldlanden is diarree, vooral bij kinderen, een groter probleem. Ouders realiseren zich het gevaar niet. Van diarree ga je op zich niet dood, maar diarree kan leiden tot uitdroging (die je niet altijd aan de buitenkant kunt zien); en uitdroging leidt -zonder ingrijpen- uiteindelijk wél tot de dood. Als je diarree hebt, verlies je grote hoeveelheden vocht. Bovendien neemt het lichaam geen vocht meer op. Je lichaam kan maar een paar dagen zonder vocht. Bijkomend gevolg van diarree is dat je darmen minder goed voedingsstoffen opnemen uit de darminhoud. Diarree veroorzaakt ook nog eens ondervoeding.
In Bangladesh gaan volgens Unicef jaarlijks een kwart miljoen kinderen dood aan de gevolgen van diarree. Dat houdt in dat er elke twee minuten een kind door deze oorzaak komt te overlijden.
Minder onderwijs genoten
Misschien een beetje een vreemde eend in dit rijtje van oorzaken voor kindersterfte; niet naar school gaan leidt niet tot de dood, zou je denken. Toch is er een verband tussen kinderdsterfte en het aantal jaren genoten onderwijs van de moeder. Twintig jaar geleden al is hier onderzoek naar gedaan in El Salvador:
Aantal jaren genoten onderwijs van de moeder | Kindersterfte per 1000 levend geborenen |
0 jaar | 158 |
1-3 jaar | 142 |
4-6 jaar | 111 |
7-9 jaar | 58 |
10 jaar en meer | 30 |
De stelregel is: hoe langer de moeder naar school gaat, hoe beter dat voor haar kinderen later is. Op school leren de meisjes het belang van hygiëne, bijvoorbeeld dat ze hun handen moeten wassen als ze naar het toilet zijn geweest. Ze leren wat gezonde en ongezonde voeding is. Ze kunnen lezen wanneer ze een geneesmiddel wel of niet moeten gebruiken. Moeders die naar school zijn geweest, kunnen hun kennis overdragen aan hun kinderen. Ze leren hun eigen kinderen om hun handen te wassen, ze geven hun kinderen eerder de juiste geneesmiddelen. En uit onderzoek blijkt: vrouwen die een paar jaar onderwijs hebben gehad, pikken later als eerste nieuwe ideeën op uit voorlichting over voeding, gezinsplanning en hygiëne.
Kortom: wie onderwijs heeft gehad, kan makkelijker gezond blijven en beter voor de kinderen zorgen.
- Meer over de voordelen van naar school gaan kun je lezen op de speciale webstek voor het VMBO-sectorwerkstuk over onderwijs.
Combinatie van oorzaken
Vaak gaan kinderen dood aan een combinatie van bovenstaande oorzaken: als hun ouders arm zijn, is er geen geld voor inentingen of medicijnen, krijgen de kinderen onvoldoende te eten en onveilig drinkwater, waardoor ze ziek worden en aan ondervoeding of een ziekte sterven...
|