1970 - Aswandam en erfgoed - voor de docent: info

 
In de jaren ’60 van de vorige eeuw dreigden de tempels Aboe Simbel onder water te lopen, als gevolg van de aanleg van de Aswan-stuwdam in de Nijl. De internationale gemeenschap is toen in actie gekomen om die tempels te redden en is daar ook in geslaagd. In die tijd raakte men ervan doordrongen dat er plekken en bouwsels van menselijke makelij zijn, die niet alleen voor mensen in de omgeving ervan, maar ook wereldwijd een speciale betekenis hebben. Daarom besloot de VN-organisatie voor onderwijs, wetenschap en cultuur UNESCO in 1972 deze plekken en bouwsels een beschermde status te geven door ze tot Werelderfgoed uit te roepen en op een speciale lijst te plaatsen, de Werelderfgoedlijst.

Ieder land, waaronder Nederland, dat lid is van de UNESCO mag plekken en bouwsels op haar grondgebied voordragen voor plaatsing op deze lijst.

De leerlingen leren in deze les een voordracht te doen aan de UNESCO, en ze zoeken welke Nederlandse materiële erfgoederen in aanmerking komen voor nominatie voor de Werelderfgoedlijst.

Plan van aanpak:
Voor de les trekt u 1 uur uit. Ruim hiervan de eerste 15 minuten in voor leeswerk. U laat de leerlingen individueel de bronnen ‘De redding van de tempel(s van Aboe Simbel)’ en ‘Wat doen de VN’ lezen.

De overige tijd besteden de leerlingen aan de onderstaande activiteiten, die ze in groepjes van drie uitvoeren. Elke groepje zoekt in de bron ‘Nederlandse nominaties’ een stuk materieel Nederlands erfgoed op, dat door de Nederlandse regering is genomineerd voor plaatsing op de Werelderfgoedlijst.

Daarna lezen ze de overige bronnen in de les en zoeken ze op internet naar informatie over het erfgoed dat ze hebben gekozen.

Tenslotte stellen ze een petitie op, om bij de UNESCO te pleiten voor plaatsing van dat erfgoed op de lijst.

Tip:
Naast de drie items die genomineerd zijn voor plaatsing op de Werelderfgoedlijst zijn er nog andere landschappen en bouwsels van menselijke makelij te vinden die in aanmerking kunnen komen voor plaatsing op de Werelderfgoedlijst. Dat zijn bijvoorbeeld een terp in Friesland, de Domtoren in Utrecht (uniek omdat die losstaat van de rest van de kerk terwijl kerktorens normaal gesproken deel uitmaken van een kerkgebouw) en Nationale Natuurparken zoals het Nationaal Park de Biesbosch.

Eindtermen voor HAVO:
Domein A: Historisch besef
2. De kandidaat kan de volgende tijdvakken met bijbehorende tijdsgrenzen in chronologische volgorde noemen en als referentiekader gebruiken:
- tijdvak 10: tijd van televisie en computer (vanaf 1950) / tweede helft 20e eeuw.

Domein B: Oriëntatiekennis
8. De kandidaat kan voor elk van de tien tijdvakken die genoemd zijn in eindterm 2:
- de kenmerkende aspecten voor ieder tijdvak noemen;
- bij elk kenmerkend aspect van een tijdvak een passend voorbeeld geven van een gebeurtenis, ontwikkeling, verschijnsel of handeling dan wel gedachtegang van een persoon en dit voorbeeld gebruiken om het betreffende aspect te verduidelijken;
- uitleggen hoe kennis van het betreffende tijdvak de oriëntatie op de hedendaagse werkelijkheid beïnvloedt;

Eindtermen voor VWO:
Domein A: Historisch besef
2. De kandidaat kan de volgende tijdvakken met bijbehorende tijdsgrenzen in chronologische volgorde noemen en als referentiekader gebruiken:
- tijdvak 10: tijd van televisie en computer (vanaf 1950) / tweede helft 20e eeuw.

Domein B: Oriëntatiekennis
8. De kandidaat kan voor elk van de tien tijdvakken die genoemd zijn in eindterm 2:- de kenmerkende aspecten voor ieder tijdvak noemen;
- bij elk kenmerkend aspect van een tijdvak een passend voorbeeld geven van een gebeurtenis, ontwikkeling, verschijnsel of handeling dan wel gedachtegang van een persoon en dit voorbeeld gebruiken om het betreffende aspect te verduidelijken;
- uitleggen hoe kennis van het betreffende tijdvak de oriëntatie op de hedendaagse werkelijkheid beïnvloedt;
- uitleggen dat de betekenis die aan tijdvakken wordt toegekend mede afhangt van de tijd, plaats en omstandigheden waarin mensen zich met het verleden bezighouden.

 

verwante lessen

Login Form