Lees dit: Darwin en de evolutie |
 |
De vraag waar wij vandaan komen houdt ons al heel lang bezig. Zo geloofde een Griekse wetenschapper die 2500 jaar geleden leefde, dat de dieren en mensen uit vissen waren voortgekomen. En twee eeuwen geleden stelde natuurwetenschapper Charles Darwin dat al de dieren en planten op aarde heel geleidelijk waren ontstaan, gedurende honderden miljoenen jaren. Hij zei ook –heel voorzichtig en pas op latere leeftijd- dat mensen en apen wel eens dezelfde voorouders konden hebben.
Spotprent van Darwin als aap.
|
Dit meisje gelooft vast in de evolutie!
|
Darwin werd door de meeste mensen voor gek verklaard en er verschenen allerlei spotprenten. Want in zijn tijd geloofde vrijwel iedereen dat God de aarde en al het leven op aarde in zes dagen had geschapen. En zoals de makers van de Visje Poster nu, vonden de mensen de vergelijking met een aap een grote belediging. Voor henzelf en voor de Schepper!
Het bijzondere is dat Darwin in zijn jonge jaren wel degelijk aan een god geloofde. Maar hij was ook wetenschapper en hoe meer hij onderzoek deed naar dieren en planten, hoe meer hij twijfelde aan de theorie van een goddelijke schepping. Heel belangrijk voor zijn onderzoek was een wereldreis op het zeilschip de Beagle. Onderweg bezoeken ze de Galápagos eilanden. Daar ziet Darwin een klein vogeltje, een vink. Het valt hem op dat er vinken met verschillende soorten snavels rondvliegen. Dat zet hem aan het denken en hij komt op het idee dat alle vinken afstammen van één vooroudervink. Darwin denkt dat het zo is gegaan:
|
 |
Ooit is er een groepje vinken vanaf het vasteland op de eilanden terechtgekomen. Op het vasteland waren ze gewend zaden te eten. Ze hebben daarom allemaal dezelfde snavel, die geschikt voor het eten van zaden. In de loop van de jaren breidt deze vooroudergroep zich uit. Op een gegeven moment zijn er zoveel vinken dat er niet meer voldoende zaden zijn. Vooral als het heel droog is zijn er te weinig zaden. De strijd om voedsel tussen de vinken neemt toe. Welke vinken zullen overleven? Volgens de evolutieleer zal dat de vink zijn die een snavel heeft die net iets groter, langer of sterker is dan de gemiddelde vooroudersnavel. Dus als de zachte zaden opraken is de vink met de iets grotere, sterkere snavel in het voordeel omdat hij ook hardere (cactus)zaden kan kraken. De meeste andere vinken met een 'gewone' snavel sterven van de honger. De vink met de sterke snavel overleeft en kan zich voortplanten en krijgt jonkies die ook een sterke snavel hebben. Die kunnen dus de hardere zaden blijven eten. De overlevende vinken met een 'gewone' snavel hoeven nu minder te vechten om de schaarse zachte zaden en kunnen zich weer voortplanten en krijgen jonkies die ook zachte zaden eten. Zo zijn er twee soorten vinken ontstaan die elk hun eigen voedsel ter beschikking hebben. In de loop van de jaren komen er ook nog vinken bij die snavels hebben die geschikt zijn om weer heel ander voedsel te kunnen eten. Vinken met een puntige snavel om glibberige wormen mee vast te grijpen, vinken met een snavel die geschikt is om een stokje vast te houden. Daarmee kunnen ze in holletjes pulken om er sappige insecten uit te halen. Uiteindelijk zijn er op de Galapagos maar liefst dertien verschillende vinkensoorten ontstaan. |
Darwin dacht dat het zo ongeveer ook met het ontstaan van soorten is gegaan. Soorten ontstaan, passen zich aan of sterven uit. Darwin’s ideeën over het ontstaan van soorten wordt de evolutieleergenoemd. Evolutie is een Latijns woord voor ‘stapsgewijs’.
Darwin dacht ook na over hoe mensen waren ontstaan. En hij raakte er steeds meer van overtuigd dat de mens ook door een geleidelijke ontwikkeling van soorten is ontstaan. In de eeuwen na Darwin heeft de wetenschap niet stilgezeten. Er werden –en worden- steeds meer stukjes van de evolutiepuzzel gevonden. Hieronder zie je de afstamming van de mens afgebeeld volgens de evolutieleer. Net als apen en mensapen –en Lucy- stammen we af van een aapachtig dier (primaat).

|