Meer dan 3 miljard mensen gebruiken vaste brandstoffen voor koken en verwarming. De belangrijkste zijn: hout, houtskool, steenkool, mest en landbouwafval.
- Er is veel vervuiling in de sloppenwijken van steden door gebruik van open houtvuur, voor het huishouden, het doen van de was, door bakkerijen en andere kleine bedrijven.
- Wereldwijd bereiden 300 miljoen mensen hun maaltijd op primitieve houtkachels binnenshuis.
- Door koken op een vuurtje of kachel zonder afvoer sterven 1,6 miljoen mensen per jaar.
- De lucht binnen in die huizen is sterk vervuild. Iedere dag krijgen vrouwen en hun kleine kinderen veel rook binnen. Evenveel als door het roken van twee pakjes sigaretten.
Waarom gaan ze dan niet buiten koken? Vaak is er buiten ook een kachel, oven of vuurplaats om te koken. Maar dat wordt moeilijk als het regent, hard waait of koud is. Ook dient de kachel als verwarming. Andere voordelen zijn: de rook wordt gebruikt voor het roken van vis en vlees, de rook doodt schadelijke insecten.
Als je buiten kookt, heb je meer brandstof nodig. Dit komt door de wind. Bovendien kan er door de wind stof en vuil in het eten komen. Veel mensen zeggen: koken op een open vuur hoort bij onze traditie. Ze willen niet dat de andere mensen zien wat ze eten. Ze zien het vuur als iets heiligs en als het centrum van het huishouden. Verder vinden ze het gezellig om met z’n allen rond het vuur te zitten.
|