ja_mageia

Bron: de cijfers

We hebben in Nederland een instantie die van alles en nog wat bijhoudt: het Centraal Bureau voor de Statistiek, kortweg het CBS.
Het CBS brengt ook regelmatig een rapport uit over de stand van armoede in Nederland. De gegevens hieronder komen uit dat rapport.


Huishoudens met een minimuminkomen

Het aandeel huishoudens op of onder het minimum is in 2001 negen procent. Negen procent van alle huishoudens zit op of onder het vastgestelde sociaal minimum.
Voor de huishoudens uit ons onderzoek (twee volwassenen, twee kinderen) komt dat neer op € 14.400,00 per jaar of € 1.200,00 per maand. Dat is wel inclusief vakantiegeld én kinderbijslag.

In de tabel hieronder zie je de ontwikkelingen door de jaren heen. Let op de laatste kolom. Daarin vind je de huishoudens die langdurig op of onder het minimum zitten.

Aantallen huishoudens met een minimuminkomen (x 1000)

jaar

totaal aantal huishoudens in Nederland
(x 1000)

totaal aantal huishoudens op of onder het minimumniveau
(x 1000)

aantal huishoudens dat langdurig op of onder het minimum zit (> 4 jaar)
(x 1000)

1990    5712 606
1991 5809 625
1992 5886 632 236
1993 5964 634 246
1994 6034 639 248
1995 6134 633 251
1996 6209 649 240
1997 6331 644 244
1998 6414 632 243
1999 6453 627 235
2000 6427 577 228
2001 6459 582 (9%) 252
2002 6573 438 227
2003 6545 481 224
2004 6573 456 207
2005 6615 428 209
2006 6704 462 196
2007 6768 447 172
2008 6821 460 169

Bron: CBS

Langdurige armoede
Uit onderzoek blijkt dat huishoudens die 4 jaar of langer op een minimum zitten veel vaker moeite hebben om de eindjes aan elkaar te knopen dan huishoudens die 1 of 2 jaar in die situatie zitten.


Verschillen in gemiddeld inkomen, per gemeente, 2005