Ondermeer de basisopdracht 'Allemaal rijk' gaat over werk en inkomen. Werk kun je onderverdelen in geschoold werk en ongeschoold werk. Voor geschoold werk moet je naar school zijn geweest (de naam zegt het al). Om de armoede te bestrijden, moet de scholing verbeteren. Iemand die geschoold is, produceert meer, leeft langer en gezonder en verdient beter. We kijken in deze groepsopdracht naar de relatie tussen werk en onderwijs.
- Start het spel opnieuw.
- Zes jaar lang (tot in 1995) verdeel je het budget: elk jaar bouw je 4 scholen en leg je 5 gemengde akkers aan. Vervolgens richt je zoveel mogelijk werkplaatsen en ateliers in. Het geld dat je over hebt, besteed je aan waterputten en/of riolering. Laat de tijd doorlopen t/m december 1995.
- Wat vind je van de resultaten? Zijn er nog verrassingen? Zo ja welke? Of had je dit wel verwacht?
- Kijk bij Armoede. Wat is er gebeurd?
- Leg uit hoe het zit: het aantal mensen dat in armoede leeeft blijft ongeveer gelijk, maar het percentage dat in armoede leeft daalt. Snap jij het nog?
- Zie je nog ergens anders gevolgen van je investeringen?
|
