Eind januari 2007 gingen Mexicanen de straat op uit protest tegen dure tortilla’s. Ze waren duur als gevolg van de gestegen maïsprijs. Tegelijk wreven Mexicaanse boeren zich in de handen, omdat hun maïsvelden goud waard bleken. Reden: maïs is een gewas waaruit ethanol kan worden gewonnen, een stof die als alternatieve, milieuvriendelijke energiebron kan dienen voor de slinkende olievoorraden.
Volgens Keith Collins, hoofdeconoom van het Amerikaanse ministerie van Landbouw, zal de maïsprijs de komende vijf jaar alleen maar verder stijgen, vanwege de snel toenemende vraag naar ethanol. Amerikaanse boeren spelen hier nu op in door zo’n 3,2 miljoen hectare aan maïs te verbouwen. Collins verwacht dat dit over drie jaar rond de 3,6 miljoen zal liggen. Maïsproducerende landen als Mexico, Brazilië en Argentinië profiteren van deze ontwikkelingen, omdat wereldmarkten uit voorzorg niet alleen afhankelijk willen zijn van de VS, mocht daar de export terugvallen.
‘Ik moet eerst nog maar zien of de Verenigde Staten op termijn werkelijk kunnen concurreren met Latijns-Amerika. Zuid-Amerika is tenslotte wel een regio die twee belangrijke pluspunten heeft: veel grond en goedkope arbeid’, zegt Ruud van Eck, oprichter van Diligent Energy Systems, een Nederlands bedrijf dat biobrandstoffen uit tropische gewassen ontwikkelt. Van Eck zette in 2005 twee fabrieken neer in Colombia met als doel het winnen van ethanol. Niet uit maïs of suikerriet maar uit koffiepulp en afgekeurde bananen.
Om de overstap van olie naar ethanol te vergemakkelijken, helpt Van Ecks bedrijf een handje bij het ombouwen van motoren. De plaatselijke taxi’s rijden nu al op de milieuvriendelijke brandstof. De groeiende vraag naar ethanol als biobrandstof, heeft bij Van Eck tot forse uitbreidingsplannen geleid: ‘We hebben nu twee fabrieken, maar mikken op honderd, allemaal gericht op het winnen van ethanol.’
(naar een artikel uit dagblad de Pers van 22 februari 2007)
|