ja_mageia

Bron: 7) samenwerking

Nergens is internationale samenwerking zo goed zichtbaar als na een natuurramp. In 2010 werd in Haïti de hoofdstad Port au Prince helemaal verwoest door een zware aardbeving. Duizenden mensen werden dakloos en moesten bivakkeren in tenten. De Verenigde Naties waren al aanwezig met een vredesmissie (MINUSTAH), maar hun hoofdkwartier overleefde de beving niet. Nieuwe vredestroepen werden snel ingevlogen en ook tal van andere VN-instellingen deden hun intrede.
De rest van de wereld zag evenmin met lede ogen toe; meteen na de ramp keken regeringen van andere landen wat ze voor de Haïtianen konden doen. Particuliere hulporganisaties bundelden zich en riepen de mensen op te doneren. Er werd veel geld ingezameld. De noodhulp kwam al snel op gang.

Haïti is wel vaker getroffen door een natuurramp, zoals een orkaan, maar nooit door een ramp zo groot als deze. Het zal nog jaren duren voordat het leven weer zijn gewone gang heeft. Hoe komt Haïti deze ramp te boven?
Haïti kan de kosten in zijn eentje niet opbrengen en is blij met de steun die het krijgt van het buitenland. Maar wat te doen met de schuldenlast van het land? Het land heeft geld geleend om projecten als scholen, ziekenhuizen, wegen en bruggen te financieren. Nu zijn de projecten vernietigd, maar blijven de schulden van de leningen staan.

Wil je Haïti structureel helpen, dan is schuldverlichting een goed middel. Het land hoeft zo niet te blijven betalen voor zaken die er niet meer zijn. En inderdaad, grote schuldeisers als Frankrijk schelden een groot deel van de schuld kwijt.
Zo zal de ontwikkelingssamenwerking die Haïti geboden wordt geheel ten goede komen aan economische groei van het land. Overigens is internationaal afgesproken dat rijkere landen 0,7% van hun bruto nationaal product aan ontwikkelingssamenwerking dienen te besteden, maar slechts vijf landen (waaronder Nederland) halen die norm. Er is kortom nog ruimte voor veel meer steun, ook aan andere landen dan Haïti.

Voorlopig zijn de puinhopen in Haïti nog niet geruimd. Talloze mensen hebben nog geen nieuw onderdak, maar verblijven in tenten, zoals op de golfbaan in de buitenwijk. Met al die mensen die hun hele hebben en houden zijn verloren gaat het natuurlijk niet al te best. Ze hebben voedsel nodig en drinkwater. Er moet voor sanitaire voorzieningen gezorgd worden. Noodhospitalen worden opgericht voor de nodige medische zorg die gepleegd moet worden. Dit is allemaal maar tijdelijk, maar deze noodhulp is wel noodzakelijk. De noodhulp kan gefinancierd worden door de giften van particulieren aan de samenwerkende hulporganisaties en door giften van nationale overheden.
Gevolg van een ramp als deze is ook dat de mensen wegtrekken uit het gebied waar de ramp zich heeft afgespeeld.

Deze mensen hopen op een beter leven elders, en zijn bereid daar van alles voor te doen. Het kan ze goed gaan, want alles is beter dan waar ze vandaan kwamen. Toch vergeten ze niet waar ze vandaan zijn gekomen. Wat migranten overal ter wereld doen is, geld sturen naar hun achtergebleven familie. Al die overboekingen samen zijn voor sommige landen (zoals Marokko - de geldoverboekingen maken 9% van het BNP uit) hoger dan wat ze aan ontwikkelingshulp ontvangen. We noemen die overboekingen van migranten soms met een moeilijk woord 'remittance'. Ook Haïti moet het voor een deel hebben van het geldoverboekingen van Haïtianen die buiten Haïti leven, bijvoorbeeld in de Verenigde Staten.

Al met al geen gemakkelijke opgave, een aardbeving te boven komen. Landen die het overkomt, kunnen alle hulp -op korte én lange termijn- goed gebruiken.