Het Ottomaanse Rijk
Bursa, de bakermat van het Ottomaanse rijk
Het Ottomaanse rijk ontstond uit een vorstendom rond de stad Bursa in Klein-Azië, het huidige Turkije. Het rijk is vernoemd naar Osman I, de eerste vorst van dit rijk. Het rijk wordt ook wel Osmaans rijk genoemd, maar we gebruiken hier de naam 'Ottomaans'. Onder Osman en zijn opvolgers veroverde het nieuwe rijk steeds meer grondgebied in Klein-Azië. In 1345 staken troepen van het rijk onder leiding van sultan Murat I de Dardanellen over. Toen begon het rijk zich ook uit te breiden in Europa. In de eerste helft van de 16e eeuw lijfde het Ottomaanse rijk delen van het Midden-Oosten, Egypte en andere delen van Noord-Afrika in. Zo werd het rijk het centrum van de islamitische wereld.
Eerst was de leider van het Ottomaanse rijk een wereldlijk leider. In 1541 werd hij ook de kalief van de oemma, de islamitische gemeenschap. Binnen het rijk hadden Arabieren weinig te vertellen. Ze konden wel hoge officieren worden in het Ottomaanse leger of hoge ambtenaren. Maar de topfuncties waren alleen bestemd voor niet-Arabieren. Daar stond tegenover dat de Ottomaanse heersers respect hadden voor de cultuur van de Arabieren, de Perzen en andere volken die onder hun bestuur kwamen. Bovendien genoten christelijke en joodse onderdanen van het rijk een beschermde status.
Het Ottomaanse rijk begon tegen het einde van de 17e eeuw af te brokkelen. Troepen van Europese mogendheden als Oostenrijk en Rusland veroverden steeds meer gebieden op het rijk. Toen Frankrijk in 1830 de stad Algiers en een groot gebied eromheen bezetten, begon het Ottomaanse rijk nog sneller af te brokkelen. Tegelijkertijd maakten grote Europese mogendheden, Frankrijk en Engeland voorop, delen van Afrika en het Midden-Oosten die bij het rijk hadden gehoord, tot hun kolonies. Bovendien kwamen binnen het rijk steeds meer volken in opstand tegen hun Ottomaanse bestuurders. In 1821 werd Griekenland onafhankelijk. Daarna stichtten ook op de Balkan volken hun eigen staat.
Op de interactieve kaart hieronder kun je de opkomst en ondergang van het Ottomaanse rijk vanaf 1300 tot 1923 goed volgen.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) kreeg het Ottomaanse rijk de genadeklap. Het rijk vocht samen met Duitsland en Oostenrijk-Hongarije tegen Engeland en Frankrijk. Engeland en Frankrijk wonnen de oorlog. De overwinnaars verdeelden in 1920 wat er van het rijk over was tussen Griekenland, Engeland, Italië en Frankrijk. Zo kregen delen van het Midden-Oosten die tot dan toe onder Ottomaans bestuur stonden, Franse of Engelse bestuurders. Arabië werd een koninkrijk onder leiding van Abd al-Aziz Ibn Saoed. Van de achternaam van de vorst is de huidige naam van dit land, Saoedi-Arabië, afgeleid. Al-Saoed was lid van een strenggelovige beweging binnen de soennitische islam, het wahabisme. De Saoedische dynastie is nog steeds aan de macht. De huidige koning Abdullah is de zoon van Abd al-Aziz Ibn Saoed.
Alleen Anatolië bleef onder bestuur van Turken, maar dat bestuur had weinig te vertellen bij Frankrijk en Engeland. Onder leiding van Mustafa Atatürk (foto rechts) kwamen de Turken in opstand tegen de buitenlandse landsbestuurders en stichtten ze het huidige Turkije. Deze nieuwe staat werd in 1923 erkend door de overwinnaars van de Eerste Wereldoorlog.